Eén keer doet Flip Noorman zijn held Tom Waits zo goed na dat je denkt dat het de Amerikaanse zanger zelf is. Achter de piano, net na de pauze in een twee uur lange voorstelling, zingt Noorman een stukje ‘Silent Night’ met precies dezelfde betonverpulverende impact als Waits zelf. Mag niet. Flip Noorman (34) heeft Tom Waits (73) hoogst persoonlijk aan de telefoon beloofd dat hij geen imitatie zal brengen. Anders kreeg hij geen toestemming. Zelfs een hoedje, Waits’ visuele handelsmerk, mag Flip niet op bij de theatershows waarin hij Nederlandstalige bewerkingen zingt van het vijf decennia omspannende oeuvre van ’s werelds meest geliefde brommende barvlieg.

Aan Noormans liefde voor de muziek van Tom Waits hoeft niet getwijfeld te worden. Eerder vertolkte hij Leonard Cohen en met beide zangers deelt hij zijn diepe, soms knoestige timbre. Bij de hertaling van Waits’ teksten waren enkele kunstgrepen onvermijdelijk. ‘Perfect strangers’ werden ‘volmaakte vreemden’ en de ‘one armed bandit’ heet hier ‘een eenarmbandiet’. Schemerige straten staan vol ‘Coup de Villes’, want hoe vertaal je dat in goed Nederlands? Beter werkt het als Noorman grotere vrijheden neemt. Van ’the piano has been drinking’ maakte hij ‘mijn gitaar is straalbezopen’ en het nostalgische sentiment van ‘Christmas Card from a Hooker in Minneapolis’ werd prachtig verhollandst met “Ik heb nog steeds die lp van Donald Jones die Annie M.G. Schmidt zingt: Ik zou je het liefste in een doosje willen doen’.

Tom Waits had in zijn beginperiode een oude benzinepomp en een lantaarnpaal op het podium, om de americana-romantiek in zijn rockpoëzie nog eens extra dik aan te zetten. Niets van dat alles bij Flip Noorman, die eigenlijk een ‘gewoon’ popconcert in het theater brengt met songs in een zelfgekozen, niet-chronologische volgorde. De sterkste onderdelen van de sober vormgegeven voorstelling zijn de persoonlijke verhalen die Noorman aan de muziek verbindt. Waits speelde een rol in zijn katholieke verleden, vertelt hij met ontzag. Diens ruige ‘Silent Night’ op de radio deed hem geloven in het bestaan van de duivel.

Dit was geen gewone zanger maar een natuurverschijnsel. De dronken nachtclubmuziek van ‘Dirt in the Ground’ (‘We zijn allemaal vuil in de grond’) werd vooraf gegaan door een hilarisch verhaal over een monsterlijk groot varken dat alleen dít nummer wilde horen op de gitaar die Flip aan het uitproberen was. Begeleidingsgroep De Noormannen gaf zowel de jazzy ballades uit Waits’ vroege periode als de stampende ketelmuziek van later de juiste intensiteit, waar nodig met bonkend slagwerk en een roestige scheurgitaar. Speciale vermelding verdient de bijdrage van Vera van der Bie die naast viool, contrabas en zingende zaag een belangrijke rol vervulde als tweede vocalist. ‘All the World is Green’, zo dicht als Tom Waits ooit bij een romantische ballade is gekomen, werd het prachtig schots en scheve liefdesduet ‘Heel de Wereld is Groen’.

Er zullen altijd mensen blijven die zeggen dat je van Tom Waits af moet blijven, zeker in het Nederlands. ‘Hold on, babe you gotta hold on’ kun je niet straffeloos vertalen in ‘Hou vol, oh mijn liefje hou vol’ en ‘Walsen met Mathilde’ past net iets minder lekker in het metrum dan het oorspronkelijk ‘Waltzing Mathilda’. Hoogtepunt van de show is de spookachtige manier waarop Flip Noorman en zijn muzikanten vorm geven aan ‘What’s He Doing In There’: ‘Wat is hij aan het zingen daar binnen, met zijn karaokeset?’ Dat hij in ‘Regenhonden’ en de megafoonstem van ‘Hijs Dat Vod’ toch weer een iets te geforceerde Waits-imitatie laat horen, nemen we voor lief. Tom Waits treedt niet meer op en Jan Rot is er niet meer om er een soepeler draai aan te geven. Noorman komt zo dicht bij het hart van de zaterdagnacht als dat mogelijk is, in een taal die ver af staat van de Amerikaanse werkelijkheid van Tom Waits maar die zich hoe dan ook leent voor mooie bewerkingen. Gaat dat zien, step right up, want dichter bij Tom Waits kom je niet meer.

Foto: Jaap Reedijk