De cabareteske voorstellingen van Ivo Dimchev staan doorgaans garant voor de nodige hilariteit. In FB Theater zet de Bulgaar de interactieve relatie met zijn publiek voort, maar het heeft niet zoveel om het lijf. Natuurlijk speelt Dimchev vooral met de hoog gespannen verwachtingen.

De P Project was een onvergetelijke voorstelling, verkleed als travestie liet Ivo Dimchev zijn publiek zelf schrijven en creëerde hij van die teksten ter plekke liederen achter zijn keybord. Tegen betaling liet hij het publiek bovendien handelingen uitvoeren. Zo draaide hij de rollen om van performer en toeschouwer. P Project was ongetwijfeld de meest hilarische voorstelling van Dimchev tot nu toe, anders dan de solo Some Faves waarmee hij internationale aansluiting vond. In FB Theater zet Dimchev de interactieve relatie met zijn publiek voort, maar de voorstelling is eerder een commentaar op dat fenomeen, dan dat interactiviteit werkelijk onderwerp is. Welnu, ook dat is Dimchev ten voeten uit.

In het midden van de theaterzaal staat een vleugel, braaf introduceert een schaars geklede travestie – Dimchev met rode pruik en net zo felgekleurde lippen – zijn Aziatische assistenten Carl en June, beiden kunstenaars in opleiding. Daarna worden we ingeleid in het principe, tijdens de voorstelling mogen we namelijk posten op Dimchevs Facebook account om zo de dramaturgie van de voorstelling in eigen hand te nemen. Zo ontstaat een dubbele realiteit, die van de voorstelling en die van Facebook en hebben we genoeg te zien en te lezen tijdens FB Theater.

FB Theater zit vol seksuele toespelingen en is net zo burlesque als eerder werk van Dimchev, I-Cure en FEST bijvoorbeeld. En ook in deze voorstelling ontpopt Dimchev zich tot een ware potentaat. Vastgevroren in een pose op de piano instrueert hij vilein zijn assistenten. Soms ontstaat een vage dans, soms een vage song. Teksten zijn net zo messcherp als poëtisch. Wonderlijke beelden zijn er ook, bijvoorbeeld wanneer Dimchev op zijn blote borst een pornofilm projecteert of wanneer de piano vol overgave wordt afgelikt. Geheel in lijn met eerder werk wordt ook het begrip kunst op de hak genomen, heel concreet zelfs al Dimchev het boek Vienna Actionism tevoorschijn haalt. Strategieën van die tamelijk agressieve beweging uit de jaren zestig verwerkt hij zonder scrupules in de voorstelling. Het is tenslotte allemaal theater.

Er wordt gepost en teksten uit de posts krijgen een plek in de voorstelling, maar natuurlijk is het allemaal doorgestoken kaart. We worden aangespoord grover te zijn of poëtischer om de voorstelling kracht bij te zetten. Het is pure ironie. In elke fysieke pose, in elke schijnbaar onbenullige scene komt de holheid en de retoriek van het opgeklopte drama bovendrijven. Politiek, Facebook en theater, het is allemaal een pot nat. ‘Lekker nat’, zou Dimchev zeggen.