Girls in Woods is het Haagse initiatief van theatermakers Nina Sondagh en Marjet Moorman dat met een sociaal-artistieke insteek de verhalen van jongeren op een toegankelijke manier wil delen. Eerder deze maand presenteerde het gezelschap The Afterparty, een theatrale rondgang door Het Paard over het nachtleven, waarin veel jongeren zelf als performers te zien waren. Gisteravond ging in Zaal 3 End of the World in première, een theatraal concert over opgroeien als meisje in een streng-religieuze gemeenschap.

Een van de focusgebieden van het sinds 2021 actieve gezelschap is het perspectief van (jonge) vrouwen. End of the World is een verbeelding van het verhaal van de nu 22-jarige zangeres en model Lilo van Rijthoven, die opgroeide in een gezin van Jehova’s getuigen en op jonge leeftijd werd uitgesloten – na een misstap is ze door de besloten gemeenschap, inclusief de eigen familie, feitelijk verstoten. Want iedereen die niet tot de Jehova’s getuigen behoort en zich niet aan hun leefregels houdt, is direct of indirect een aanbidder van de duivel. Deze mensen kunnen bij het einde der tijden nooit worden toegelaten tot het Paradijs en het contact met hen wordt zoveel mogelijk beperkt.

Geen gemakkelijke kost, dit verhaal vol vraagstukken rond geloof, identiteit en paternalisme, en kom dat maar eens vertellen op een podium voor een zaal vol jongeren. Lilo (de artiestennaam van Van Rijthoven) heeft er een stevig paar zilveren glitterlaarzen voor aangetrokken en een flinke lichtblauwe jazzgitaar omgehangen. Ze wordt geflankeerd door twee jonge muzikale acteurs: Scott Beekhuizen en Anne Hofman, gestoken in strenge zwarte pakken. Als een Amerikaanse tv-dominee kondigt Beekhuizen Lilo met veel showmanship aan.

Die komt op, neemt plaats op de kruk zet een gevoelig en integer nummer in, Paradijs. De spanning is voelbaar, dit is een kwetsbaar moment. Een paar minuten vraag je je af hoe deze engelachtige verschijning en haar singer-songwriter-vibe zullen samenkomen met de opgepompte energie van de twee zwarte kraaien schuin achter haar. Tot die kraaien, ongestoord door harmonieleer of timing, door haar nummer heen beginnen te zingzeggen. De zaal schrikt op, iedereen is alert en even lijkt Lilo zelf echt in lichte shock over wat er gebeurt.

De drie vinden gaandeweg een ritme met elkaar. De concertopstelling wordt losgelaten en Beekhuizen en Hofman tonen met groot fysiek spel effectief hoe hel en verdoemenis boven het leven van de uitverkoren gemeenschap hangen. Het pad is smal, dat voelt het jonge meisje al zodra ze voor het eerst naar school gaat en wordt gewaarschuwd om niet te close te worden met de andere kinderen. Hoe hard en onbegrijpelijk zoiets is voor een kleuter vol levenslust blijkt uit haar eerste vraag: ‘Wat is de apocalyps?’

De makers koppelen de gebeurtenissen uit Lilo’s leven nadrukkelijk aan het Bijbelverhaal van Dina, die niet met de mensen uit het land Kanaän mocht omgaan maar ontvoerd en verkracht werd door een van hen, waarop haar broers op een verschrikkelijke manier wraak namen. Lilo begint scène na scène met de bezwering ‘dit is het verhaal van Dina’, als om te kaderen dat dit niet alleen haar verhaal is, maar een eeuwenoud motief waarin jonge vrouwen worden beknot en veroordeeld onder het mom van religieuze leefregels.

In hoeverre die Bijbelse verwijzing resoneert bij het jonge publiek is een vraag, maar door het consistent in het christelijke geloof te houden plaatst de voorstelling wel de soms gemakkelijke veroordeling van de positie van vrouwen in andere religies in een scherper daglicht – hoeveel beter doet het christendom het eigenlijk als het gaat om de zelfbeschikking van de vrouw?

Foto: Orion Nijman