‘Wij zijn uit hetzelfde hout gesneden: wij hebben aan een half woord genoeg om elkaar te begrijpen’, beweert Van Wees tegen collega Burghardt. Niets is echter minder waar: deze twee totaal verschillende mannen praten een maaltijd lang volledig langs elkaar heen. Een man een man is een vrolijke lunchtheatervoorstelling vol misverstanden en onbegrip.

Een tafeltje met een zoutje, een nootje, een drankje. In dit restaurant treffen de oude vrienden en collega’s Van Wees en Burghardt elkaar. Maar in plaats van dat ze een goed gesprek hebben boven een mooi bord eten, is de lucht zwanger van vijandigheid en irritatie.

De ongemakkelijkheid is ontstaan doordat Burghardt midden in het gesprek naar de WC is gegaan. Bij terugkeer kan hij zich niet meer herinneren waar ze het eerder ook alweer over hadden. En Van Wees gaat hem daarmee ook niet helpen. Van Wees vindt dat hij hoger staat in de pikorde dan zijn collega, omdat hij wèl promotie heeft gemaakt. Dat geeft Van Wees kennelijk het recht zijn collega af te zeiken. Te manipuleren, de les te lezen, te kleineren – en hem dus niet te vertellen waarover dat vermaledijde gesprek dan ging. Tegelijk neemt hij het Burghardt wel erg kwalijk dat hem dat onderwerp is ontschoten. En Burghardt laat het gebeuren, omdat Van Wees de macht heeft hem te laten ontslaan.

Een man een man (tekst: Kees Prins en Roel Bloemen) is tegelijkertijd realistisch en volkomen absurd. Het realisme is bijvoorbeeld doorgevoerd in de aanwezigheid van een serveerster (Randy Fokke) die loopt te krukken met dure wijnen en ongewild wordt betrokken bij het sluimerende conflict tussen de twee mannen. Absurd is het oneindig doordraven over het vergeten gespreksonderwerp. Absurd is ook dat de serveerster elk moment zojuist opgenomen bestellingen vergeet.

De vergelijking dringt zich op met Het diner, de bestseller van Jiskefet-collega Herman Koch die Kees Prins bewerkte voor toneel en zelf regisseerde (2012). Daarin vier gasten plus een ober in een restaurant, hier twee gasten plus serveerster. Afgezien van die echo, is dit stuk veel taliger, veel vileiner. De plot is bescheidener en daardoor effectiever.

Kees Prins als Van Wees, gekleed in een zwartwit-ruitjescolbert, zet het prototype neer van de schoolbully: de pestkop, de treiterende etterbak, die zijn collega zelfs bedreigd met ontslag wanneer die niet doet wat hij zegt. Pierre Bokma, in fout bruin pak met lelijke stropdas en een jaren-zeventig bril, is puntgaaf als de schlemiel Burghardt. Zijn situatie is herkenbaar: een superieur kletst uit zijn nek, maar je kunt daar niet tegenin gaan omdat je je werk niet kwijt wilt raken. Hij laat zich langdurig piepelen, om zo nu en dan opeens voor zichzelf op te komen en uit zijn slof te schieten. Burghardt zit onder de plak en hij weet niet hoe hij zijn huid moet redden tegenover deze onredelijke, machtige collega. Randy Fokke als de serveerster is consequent in haar onhandige gedienstigheid. De eindregie van Een man een man is in handen van Gijs Scholten van Aschat. Het is mooi hoe de personages lijnrecht tegenover elkaar staan, terwijl de tekst almaar benadrukt dat ze oude vrienden zijn.

De optelsom van een scherpe, valse tekst, mooie acteurs en een goede eindregie maakt van Een man een man, een fijne, irritante, goedgelukte voorstelling.

Foto: Willem Prins