Het is een bekende manier om herinneringen en emoties op te roepen: vraag naar kenmerkende geuren van vroeger en de verhalen komen als vanzelf. Over de wolk van opium die rond een vader hing nadat hij stiekem thuis had zitten roken in plaats van in zijn wasserij – storyteller Sahand Sahebdivani over zijn jeugd in Iran. Logeerpartijtjes tussen krakende lakens die naar naftaline geurden, omdat de Israëlische grootouders van de joodse verhalenverteller Raphael Rodan daarmee de motten verjoegen.

Chris Keulemans herinnert zich het vocht van een berg watermeloenen op een stoffige markt in Burkina Faso – als vijfjarig zoontje van een ontwikkelingswerker was hij er dol op. En jazzzangeres Bahghi Yemane denkt bij de geur van gebrande koffiebonen terug aan haar geboorteland Eritrea, waar ieder kopje met koffiemolen en aandacht vers werd klaar gemaakt.

Ook het publiek deelt geuren van vroeger: warme appeltaart, vers gebakken brood, pas gemaaid gras. Zo zit de sfeer er snel in tijdens de première-avond van Mezrab in het Amsterdamse Bostheater. Het veel geroemde internationale verhalenhuis treedt deze zomer tijdelijk op als gast in de ‘kleine zaal’ van het openluchttheater, afwisselend in Engels en Nederlands. Op de stenen tribune tussen de bomen is meer afstand mogelijk tussen toeschouwers dan in de met tapijten gevulde ruimte aan de Veemkade, waar Sahebdivani in 2014 zijn House of Stories oprichtte, inclusief een opleiding in storytelling.

Sahebdivani en Rodan weten hoe ze hun publiek moeten bespelen. Met brede lach, vlammende ogen en enthousiaste gebaren mengen ze Bijbelverhalen over de profeet Jona en de Walvis met persoonlijke gebeurtenissen zoals de kwellingen van een lange afstandsrelatie (een eerlijk, bevlogen verhaal van Rodan over zijn tekortkomingen in liefde en vriendschap). Over de Perzische mythe van de legendarische held Rostam die in een verbeten en tragisch duel sluw zijn eigen zoon doodt en zich de bloedband te laat realiseert. Sahebdivani memoreert de legende omdat keer op keer luisteraars hopen dat het verhaal beter zal aflopen. Precies dat is de reden, zegt hij, waarom we elkaar verhalen moeten blijven vertellen. Voor het voeden van de hoop op een goede afloop. Ook nu tijdens deze coronacrisis. Juist nu.

Keulemans (schrijver, oprichter van uitgeverij Perdu en voormalig artistiek directeur van De Balie) is de minst geschoolde verteller van de drie. Maar ook hij weeft een aardige rode draad door zijn constatering dat van de 27 huizen die hij heeft bewoond – slik – er 26 verdwenen zijn, met de grond gelijk gemaakt, gerenoveerd of getransformeerd in een bedrijfsbank. Van kraak tot anti-kraak.

Yemane zingt tussendoor zwoele liedjes over het zonlicht in kamers, terwijl ze in legerbroek op een boomstam zit en zichzelf met tokkelende akkoorden begeleidt op elektrische gitaar. Welk huis is je thuis wordt zo de centrale vraag onder het bladerdak, waarboven een helikopter soms dreigend cirkelt. De avond is er een van pure vertelkunst zonder opsmuk en van het licht romantiseren van het verleden. Soms smacht je naar een theatrale interventie, een griezelige geest die zich in de takkenbossen blijkt schuil te houden. Of naar de huisgemaakte soep van de Mezrab-avonden. Maar de geur van het bos doet zeker ook zijn werk. En de verbeelding doet de rest.

Foto: Naomi Noltes