Meerdere flessen met wijde buik zijn verdeeld over de vloer van een half duistere kamer. Sommige hangen in metalen structuren, de een zwevend boven de andere. De spotjes licht die op ze gericht zijn maken interessante schaduwen op de muren, waar zo nu en dan die van de onderzoekende en langs struinende toeschouwers bijkomen.

Hier en daar lange verticale ijzeren platen met daarvoor een stoel, en ronde luidsprekers van waaruit stemmen en geluiden op mij afkomen. Afhankelijk van waar we staan of zitten klinken ze ver weg of heel dichtbij, als een tweede stem bij onze eigen gedachten. De stoelen nodigen uit om even stil te zijn en de verschillende prikkels in deze mild bewegende context rustig tot ons te nemen.

Echo’s van Istanbul is een ervaring-installatie, waarin zich ‘flarden ontvouwen van een verhaal’. Het is het tweede creatieve uittreksel van de reis die Michaël Bloos en zijn zus Amber aflegden in 2017. Ze gingen op zoek naar hun vader, die tijdens een psychose in de miljoenenstad was verdwenen. De voorstelling Istanbul, bericht van de andere kant die een uur na de opening van de installatie ook speelde in Kunstlinie, kwam hier aan vooraf. 

Het verband tussen de twee evenementen is visueel heel duidelijk: in de schemer duistere zaal en op toneel herken ik dezelfde elementen. Maar terwijl in de voorstelling muzikant en componist Lucas Kramer de met water gevulde flessen live laat klinken en die gaandeweg met andere geluiden samenvoegt tot een druk partituur (zeer in lijn met de dramaturgische wens om uitdrukking te geven aan de beleving van een psychose), blijven de geluiden in de installatie geordend en rustig. Er is meer ruimte om te luisteren, zelf na te denken en eigen conclusies te trekken.

Water speelt in beide onderdelen een belangrijke rol. In de installatie maakt het de schaduwen van de flessen veelzijdiger. In de voorstelling wordt de Bosphorus-rivier briljant aangehaald als verhalende metafoor, en aan het einde ook in leven geschetst op een theatraal heel slimme wijze. Overal heeft water een potentieel symbolische lading: spiegeling, afscheiding tussen culturen, werelden, dimensies van waarneming. Grens.

De flarden van het verhaal dat door de luidsprekers tot leven komt in de installatie zijn documentair van aard. We horen Bloos zelf, diens vader, zus en – vermoed ik – moeder. Getuigenissen van hun dramatische reis wisselen zich af met persoonlijke inzichten over wat in een psychose verkeren inhoudt, en hoe dit wordt beleefd door naasten. ‘Mensen vonden dat hij bijzondere verhalen vertelde. Ik kon er niet tegen’, horen we Bloos’ moeder zeggen.

Net als in de voorstelling, wekt psychose als thema hier vragen op over de nature van theatraliteit, de risico’s van het opgaan in een andere werkelijkheid en de poreuze scheiding tussen werkelijkheid en fictie. De hele kamer werkt als een metafoor voor Plato’s grot, en opent daarmee de deur naar een van de grote, oorspronkelijke vragen van de westerse ontologie: is die dualiteit tussen de zintuiglijke en de verbeelde wereld eigenlijk wel een ding?

Ver voor de tijd van Plato speelde de waanzin een heel andere rol in het leven der mensen. Toen de wijn in je glas op was, zag je niet meer je eigen gezicht gereflecteerd in de drank, maar het in de onderkant gesneden gezicht van de god Dionysos vermengd met dat van jezelf. Welk gezicht was/is echter? Reflectie is letterlijk en figuurlijk een draaibeweging naar binnen toe. Niks van wat er aan de oppervlakte verschijnt is in zijn geheel puur, of onschuldig.

Michaël Bloos bouwt met deze suggererende installatie voort aan zijn Universum van de waanzin, waarbij ook een radiodocumentaire hoort over hetzelfde verhaal. Net als tijdens de voorstelling, voel ik bij het lezen hierover dat het scherp onderstrepen van de anekdote de meer filosofische lagen van dit project in de weg staat. Het voelt een beetje als disaster tourism van het slechte soort, en dat werkt afleidend. Dat Bloos’ volgende bouwsteen – de voorstelling Poetic License, die deze zomer tijdens het Over het IJ Festival in première gaat – het persoonlijke verhaal achter zich laat is daarom een welkome gedachte.

Foto: Mirjam Devriendt