Kan het theater de functie van de kerk overnemen? Marijn Graven denkt van wel. Als Ivo van Hove met pensioen gaat, neemt ze graag Toneelgroep Amsterdam over. Ze verhuist dan naar een kerk, gaat het gezelschap met zachtere hand leiden, organiseert rituelen en voegt yoga, meditatie en ecstatic dance aan het programma toe. Ze zei het lachend in een interview, maar in essentie is dit wat ze wil. Voor Graven is theater een georganiseerde bindende ervaring.

Midden in de verder lege zaal staat een doosvormig object. Het bestaat uit handig gestapelde houten kisten, krukjes, rekken en balken. Vormgever Maartje Prins verzorgde deze droom van een timmerman. De drie acteurs (Babette Engels, David van Uuden en Jordy Vogelzang) stimuleren de toeschouwers om het hout te bekijken en bekloppen.

Na een tijdje beginnen ze elementen los te halen uit de houten constructie en nodigen ze de kijkers uit om mee te helpen. Zo maken de aanwezigen van de doos uiteindelijk een lange tafel waaraan voor iedereen een plaats is. Daarna voltrekt het proces zich andersom: het publiek krijgt plattegronden en zet de doos weer in elkaar. Soepel werken mensen die elkaar niet kennen samen.

Tussendoor zorgen spelletjes (blokjes overgooien, balletjes rollen, samen werken met een blokkendoos) voor verdere binding. De acteurs met hun gebroken witte kleren zingen drieklanken die een prachtig geluidsdecor vormen in de Bossche Pleitzaal van de Muzerij en sturen de mensen met een gebaar, een uitnodigende blik of een enkel woord. Het heeft wel wat weg van de teambuildingsoefeningen zoals die in organisaties wel worden ingezet.

Marijn Graven studeerde vorig jaar af aan de regieopleiding in Amsterdam. Ze past dus prima in het programma van Festival Cement, dat onder aanvoering van artistiek directeur Leonie Clement een staalkaart wil laten zien van beginnende theatermakers. Vorig jaar was haar voorstelling De Elyzeesche velden, een gelukzalig oord op het festival te zien, nu speelt behalve Narziss | Hildegard | Goldmund ook haar afstudeerwerk De louteringsberg in Den Bosch.

Vanwaar de naam van de voorstelling? Narziss und Goldmund is een boek van Herman Hesse over twee middeleeuwse monniken die sterk verschillen, maar toch goede vrienden zijn. Hildegard staat voor de middeleeuwse donna universala Hildegard von Bingen (1098-1179), die abdis, mystica, componiste en beoefenaar was van allerlei wetenschappen. Inhoudelijk ontleent Narziss | Hildegard | Goldmund niets aan hun werk, het gaat om de sfeer.

Graven begon met de mannelijke acteurs, zocht er een vrouwelijke kracht bij en koos Babette Engels. ‘Toen zij me zei dat ze naar de waarzegster van haar moeder was geweest en dat die Babette had verteld dat ze in een vorig leven connected was met Hildegard, vielen alle puzzelstukjes in elkaar.’ Dat is mij ruim te dol; als Graven niet uitkijkt, wordt ze de Jomanda van het Nederlandse theater. Het lijkt intussen wel in een trend te passen. Bij de uitreiking van de VSB-poëzieprijs viel het bovenaards geïnspireerde gehalte van sommige genomineerden ook al op. Maar dan nog heb je spiritualiteit in verschillende zweefgehalten.

Het zou flauw zijn om de voorstelling Ikea-theater te noemen. Ze laat mooi zien dat het helemaal niet zo ingewikkeld is om van een willekeurige groep bezoekers een verbonden eenheid te maken: laat ze samen iets doen en je hebt een team. Ook de sfeerbepalende en sturende rol van klank en belichting fascineert. De theaterwetten en -ingrediënten blijven een prachtig bouwpakket. Wel met een minder duidelijke handleiding.

Foto: Maartje Prins