In Digital Ducttape vertaalt performancecollectief HipSick online ruimtes en gedrag naar dans en performance. Theater, club en installatie smelten samen tot een aanstekelijke, vet aangezette show, waarin je continu wordt uitgedaagd om te bepalen wat authentiek is en wat fake.

Op een van de verstopte locaties van Over het IJ Festival op de NDSM-werf krijgen alle toeschouwers een witte bivakmuts aangereikt, alvorens je – één voor één – de bijbehorende loods wordt binnengelaten. Deze loods is een rare mix van allerlei elementen. Het is een atelierwerkplaats of opslag, nauwelijks opgeruimd of zelfs maar aangetast voordat het decor van deze voorstelling erin werd gezet. Het midden van de loods is wel leeggeruimd: hier staan een handvol witte kubussen, en er staat een rookmachine aan. Verspreid door de ruimte zijn verticale schermen te zien, met daarop silhouetten van dansers, omringd door gekleurd licht en rook, en begeleid door ondertitelingen met poëtische (maar ietwat contextloze) teksten.

De ruimte is net te non-theatraal om er iets van te vinden en aanvankelijk dwaal je dan maar wat door de loods heen, op zoek naar waar je de voorstelling in moet vinden. Dat verandert wanneer twee van de mensen in bivakmutsen zich ontpoppen tot spelers. Een speelse achtervolging ontvouwt zich tot een dans tussen de witte kubussen.

Terwijl performers Didi Kreike en Lodewijk van Dijk de vloer overnemen, horen we hun stemmen over de boxen, in een interview over hoe zij vroeger sociale media gebruikten. De specifieke platforms worden niet genoemd, maar de setting is duidelijk: vroege jaren tweeduizend, Hyves, MySpace, forums, chatrooms. Het waren plekken waar ze zichzelf visueel konden maken en een image van zichzelf konden cureren. Het interview wordt op een bepaald moment overgenomen door een monoloog die aandoet als een manifest over online gedrag. Delen van die tekst verschijnen nu ook op de schermen.

Tekst ligt als een soundscape over het eerste deel van de voorstelling en zet pontificaal de thema’s voor ons neer, door vragen op te roepen als: met welke intenties creëerden ze die online avatars van zichzelf? Wat voor rol speelde seksualiteit en zelfexpressie in deze wereld? Wat in die online ruimte was authentiek en wat was fake? Is er überhaupt nog wel een verschil tussen echt en nep? En hoe beleeft die vroege internetcultuur nu zijn coming of age?

Er wordt geschoven met de kubussen, de muziek en lichtschakels worden intenser, en dan komen thematiek, beweging en scenografie schitterend samen: de loods is een rave-achtige club geworden waarin deze vleesgeworden avatars deze nieuwe wereld ontdekken. Het voelt alsof we fysiek in de gloriedagen van het vroege internet zijn beland, toen dat nog spannend en anoniem was en er nog zoveel te ontdekken viel.

Omringd door nog steeds in bivakmutsen gehulde toeschouwers, die nu doen denken aan gezichtsloze profieliconen, voeren Kreike en Van Dijk het ritme op. Ze zijn aan elkaar gewaagd. Niet alleen zijn ze goed op elkaar ingespeeld, ze zijn zowel in beweging als uiterlijk elkaars gelijke. Hun bewegingen zijn puntig, swingend, ze ontdekken het lichaam van de ander en dat van zichzelf. Digital Ducttape gedijt bij een combinatie van alle elementen, met recht een interdisciplinair werk, maar Kreike en Van Dijk zijn en blijven de kern van de performance. Hun energie is aanstekelijk.

Door in het begin de filosofie van de voorstelling zo letterlijk uit te leggen, schept HipSick direct een kader. De rest van de show is abstracter, minder verbaal en meer fysiek. Het is aan ons om woord en beeld met elkaar te verbinden. De thematiek die voortkomt uit de audiofragmenten in het begin blijft echter erg breed. Wanneer het aankomt op het ontwaren van een ontwikkeling in de voorstelling, helpt de abstractie dan ook niet altijd. Dramaturgisch bestaat Digital Ducttape vooral uit losse blokken. De thematiek en alle vertalingen daarvan – naar video, voice-overs, teksten, beweging en de ruimte – hadden iets strakker met elkaar vervlochten mogen worden.

Uiteindelijk wordt daarin wel een helpende hand geboden, want de voorstelling spitst aan het einde toe op het vraagstuk van authenticiteit versus fakeness. Aansluitend aan de hoofdruimte van de loods bevindt zich een keukentje-annex-badkamer, met een groot raam boven het aanrecht. Kreike en Van Dijk verdwijnen in dit kamertje en schminken af, kleden zich om, nu geen performers meer maar ‘zichzelf’. Het keukentje bevat ineens alle details die deze afschminkscène nodig heeft. Was die rommelige ruimte niet gewoon onderdeel van deze werkplaats? Is deze hele loods dan toch niet non-theatraal? Opeens is de grens tussen echt en nep, werkplaats en decor, je offline en online persona, veranderd in een grijs gebied. Deze plotselinge onzekerheid geeft Digital Ducttape een mooie twist ter afsluiting. HipSick zet een performance met pit neer, die doet smaken naar meer.

Foto: Salih Kiliç