De absurditeit van het alledaagse. De ontluistering van de droom die steeds maar geen werkelijkheid wordt, de drang om een daad te stellen die steeds opnieuw gefnuikt wordt. Er ligt een grote tragikomische kracht in het doodgewone, door een loep bekeken.

Het toneelstuk Desperado, in 1996 geschreven door het legendarische wrangkomische theaterduo Kas & De Wolf, gaat over het alledaagse leven van vier doodgewone mannen. Een tikje sneue mannen weliswaar, ieder met zijn eigen sores, die iedere zaterdag in cowboykleding samenkomen in een buurthuis om daar wat te praten, te drinken en te line-dancen. Het is een sneuheid die je heerlijk zou kunnen laten huiveren van plaatsvervangende schaamte en plezier. Maar in de regie van Albert Lubbers bij Theatergroep Suburbia, gebeurt dat helaas niet.

Ieder jaar speelt de Almeerse Theatergroep Suburbia een zomervoorstelling op locatie, meestal ergens op stadslandgoed De Kemphaan. Ditmaal vormt een uitgemeste stal het decor en dat past goed: de ruige lege ruimte kan gemakkelijk een aftands buurthuis verbeelden. Hier brengen de vier vrienden Harrie, Leo, Robin en Bert hun vrije zaterdag door, terwijl ze vertellen over hun frustraties over werk, collega’s en (ex-)vrouwen.

Een spannend leven hebben ze niet en hun wekelijkse verkleedpartijtje lijkt het enige dat hen uit de dagelijkse sleur trekt. Openhartig en emotioneel zijn ze, zonder zich echt te laten kennen of troosten. Zonder ècht contact te maken. Ze voelen zich gekleineerd, miskend en willen een daad stellen waardoor ze eindelijk eens echt gezien zullen worden. Maar die daad komt er natuurlijk niet van.

Desperado is een lange aaneenschakeling van holle frasen en gemeenplaatsen. ‘Dat met Yvette? Dat is een gepasseerd station. Dat is over en uit. Ik heb het achter me gelaten. Nee, ik wil er geen woorden meer aan vuil maken.’ Aldus Harrie, die maar al te graag over zijn ex en zijn vechtscheiding wil praten. Iwan Walhain speelt hem in eerste instantie nogal vlakjes, maar zijn ontluistering als hij hoort hoe zijn ex over hem praat, die raakt. Helaas zijn dit soort emotionele momenten dun gezaaid.

De tekst, die een randje van ironie nodig heeft om goed te werken, blijft te netjes, te naturel. Je snakt af en toe naar een enorm ontregelend moment, maar daarin komt regisseur Albert Lubbers te kort. Het is jammer want topacteurs zoals Ali Ben Horsting en Titus Boonstra kunnen, mits op de juiste manier daartoe gestimuleerd, de freakerige rafelrandjes van het alledaagse wel goed overbrengen. Nu blijft Desperado echter vlak en weinig verrassend.

Foto: Bart Grietens