In Descend Into The Grave vindt een vijftal verweesde figuren elkaar terug rondom datgene wat ons allemaal bindt: een doodskist. In een gitzwarte en absurdistische slapstick toont mimecollectief Het Paradijs de banaliteit van onze omgang met de dood. Bedremmeld zoeken we naar poses om onze rouw vorm te geven, vooral hopend dat we ons ongemak, onze verveling of onze diepe doodsangst niet aan de ander tonen.

Collectief Het Paradijs ontwikkelde zich de laatste jaren tot een groep spannende nieuwe makers die hun uitgesproken filmische, rauwe bewegingsmateriaal inzetten om de absurde banaliteiten van het dagelijks bestaan over het voetlicht te brengen. In hun voorstellingen is de mens een angstig en bij vlagen onverdraagzaam wezen, dat hooguit door niet te onderdrukken driften uit de beschutting treedt.

In hun nieuwste voorstelling Descend Into The Grave, waarmee ze deze zomer onder meer op de Parade te zien waren, tonen ze in treffende scènes en tableaus hoe we proberen onszelf een houding te geven in het aangezicht van (iemands) dood. Op momenten angstaanjagend zijn de wit geschminkte, veelal van emotie verstoken gezichten van performers Ivar Schutte, Vincent Van Woerkom, Sanne Bokkers, Aleksej Ovsiannikov en Melyn Chow.

We zien het plichtmatig troosten rondom een dichte kist, het rinkelend servies in trillende handen bij de receptie nadien, flarden van een ceremoniële dienst. Rouwen is vorm, benadrukt het collectief hiermee, althans: de veilige variant ervan, die we als het even kan verkiezen. Herkenbaar is de minuut stilte, bedoeld voor allesbehalve wat er tijdens die minuut vaak daadwerkelijk gebeurt: in plaats van stil te staan bij het verdriet, proberen we vooral serieus te blijven kijken, tellen we de zestig seconden af (hoelang kan een minuut duren?), hopend dat de façade standhoudt.

Collectief Het Paradijs tilt herkenbare situaties uit hun context en toont daarmee de absurditeit ervan. Daaromheen vinden meer associatieve bewegingssequenties plaats, opstuwende groepschoreografieën in, op en rondom de doodskist, voorzien van pompende soundscapes en ruimhartig gelardeerd met het geluid van stromende regen en donderslagen. Niet elke scène is even sterk – de actuele referenties naar het stikstofdebat, Wobke Hoestra en Ter Apel zijn flauw en voegen niets toe – en als naar het einde toe de performers sterven en als maden krioelende zombies weer tot leven komen, vliegt Descend Into The Grave even uit de bocht. Maar dat zijn details: wat beklijft is de sterke, consequent doorgevoerde beeldtaal (in regie van Luuk Weers) waarmee de performers ons op indringende en hilarische wijze confronteren met ons eigen onvermogen.

Foto: Neeltje de Vries