De hoeksteen van de samenleving verandert hij in een toefje bosgrond, een gladde inktvis aan de top van het landsbestuur in een sudderende pan paella en een wegkijkende rivierpaling in een kijkgaatje in de deur van een gesloten asielcentrum. De veranderingen van Meneer Afzal zijn nogal ongelooflijk. Maar verzet begint volgens de Vlaamse theatermaker Pieter De Buysser nu eenmaal met verbeelding.

De Buysser bedacht inmiddels honderden verhaaltjes over Meneer Afzal. Aanvankelijk schreef hij ze voor een tijdschrift, daarna volgde een dagelijks feuilleton op de Vlaamse radiozender Klara en een boek. Nu vertelt hij een wisselende selectie op festivals en in intieme theaters en huiskamers.

Terugkerend personage is een moddervet monster dat zich onder de luchthaven veilig heeft ingegraven. Het ligt er als een lamgeslagen cultuurpessimist te klagen, maar iets veranderen durft hij niet. Hij weent en weent. Zijn opstijgende tranen zetten de straten blank en dreigen de hele wereld te verdrinken. De optimistische Meneer Afzal probeert het beest te troosten. Samen met een gehandicapte pauw en een wegrottend meisje zet hij een reeks wonderlijke veranderingen in gang. Over dat glazen been uit de titel wordt inderdaad in geen enkel verhaal gesproken.

De Buysser leest geanimeerd voor van achter een muziekstandaard. Sopraan Lieselot De Wilde begeleidt en onderbreekt de bard met middeleeuws klinkende ballades en banjo. Ze kijken het publiek geamuseerd en een beetje uitdagend aan. Hun verhalen zijn dan ook op zijn zachtst gezegd nogal vreemd. Meneer Afzal heeft een oor ter grote van een vlaggenschip dat hij om zijn nek drapeert als een exquise sjaal. Hij plukt een krop uit de keel van Mama Angelique en praat met een steen. Letterlijk genomen metaforen, zelfverzonnen woorden en poëtische verzen buitelen brutaal over elkaar heen. Daarbovenop komen kleine wetenschappelijke verhandelingen en filosofische bespiegelingen, zoals over metafysische scheetlucht en het niets dat iets is.

In de ongebreidelde fantasiewereld van Meneer Afzal is werkelijk alles mogelijk en met dat geloof kan hij de contouren  vertekenen van de hele samenleving, die trouwens in veel verhalen overeenkomsten vertoont met het huidige Vlaanderen. Dat lijkt de les van alle verhalen: het verbeelden en vertellen van verandering gaat aan echte verandering vooraf. Onze wereld is niet het gevolg van een natuurlijk of goddelijk plan, maar een imaginaire schepping.

Het decor van de Luikse beeldende kunstenaar Patrick Corillon sluit aan bij Afzals zoektocht naar een andere klimaatgesteldheid. Op een blauwe weerkaart lopen in witte lijnen hoge- en lage drukgebieden, waarop De Buysser tussen de verhalen door kleurrijke en vrolijke cirkels plakt.

Voor de sponsoren van Theater Walhalla, die zaterdagavond waren uitgenodigd voor een besloten voorstelling, ging de kolderieke verbeelding van Meneer Afzal duidelijk een stap te ver. Ironisch genoeg hadden ze wel iets weg van het huilende monster onder de luchthaven. Ze herhaalden geïrriteerd alle onbekende en Vlaamse woorden, leverden luidop steeds meliger commentaar op bizarre plotwendingen en maakten van het personage Jan Kooi een voorstelling lang de bekende Jan Kooijman. Halverwege zette de achterste rij zelfs een protesterend slotapplaus in. Er is nog werk aan de winkel voor Meneer Afzal.

Foto: Kurt Van Der Elst