De PeerGrouP, makers van locatietheater in Noord-Nederland, verhuisde twee jaar geleden van Veenhuizen naar een oud munitiedepot in Donderen. Tijdens de Koude Oorlog lagen daar wapenvoorraden van het Amerikaanse leger opgeslagen.

Het is een van de raakvlakken in de samenwerking tussen de PeerGrouP en de Los Angeles Poverty Department (LAPD), opgezet door John Malpede. Sjoerd Wagenaar, artistiek leider van de PeerGrouP, werkte eerder samen met Malpede. Bij de nieuwe voorstelling De Koude Oorlog, is Wagenaar echter niet betrokken omdat hij momenteel in Engeland aan een community art project werkt.

John Malpede, Henriette Brouwers en Kevin Michael van LAPD werkten samen met Floris van Delft, Merel van Dijk en Henry Alles van de PeerGrouP aan De Koude Oorlog. Beide gezelschappen maken doorgaans theater dat nauw verbonden is met hun omgeving. In De Koude Oorlog is dat niet het geval. De makers verklaarden op zoek te willen gaan naar de mogelijk veranderde betekenis van de wapenwedloop nu het kapitalisme barsten vertoont. Ook wilden de theatermakers weten welke verbanden er bestaan tussen Los Angeles en Donderen.

In verschillende veelal op zich zelf staande scènes die merendeels in het Nederlands zijn gespeeld en ook enkele liedjes bevatten, wordt gerefereerd aan terrorisme en een poging gedaan in vogelvlucht de geschiedenis van het IJzeren Gordijn weer te geven. Centrale figuur in de voorstelling is Christa Wolf, een schrijfster uit het voormalige Oost-Duitsland die kritisch was over het regime, maar tegelijk informant van de Stasi was. Deze interessante figuur komt echter weinig tot leven op de speelvloer. De voorstelling wordt gespeeld in een oude drukkerij waar de acteurs tussen het publiek spelen. Sommige acteurs lopen voortdurend op hinderlijke wijze met decorstukken en lampen te sjouwen. Het versterkt de toch al rommelige indruk die de voorstelling maakt. Daarnaast is het acteren van de meeste spelers, Malpede uitgezonderd, nogal pover. De dramaturgie rammelt en de muziek doet overbodig aan. De Koude Oorlog heeft een interessant uitganspunt, maar het resultaat is veel te chaotisch.

(foto: Mirjam Brands)