‘Waarom is de lucht blauw?’ vraagt de juf tijdens een digitale les op Zoom aan Gup, terwijl ze wanhopig switcht tussen de drie klassen die ze – wel zo goedkoop – tegelijkertijd les moet geven, zonder overigens precies te weten hoe dat hele Zoom eigenlijk überhaupt werkt. Gup weet het antwoord niet, tot grote hilariteit van zijn online klasgenoten. Wat een domme badeend, die Gup.

Gup – een gele, pluizige pop van pakweg een armlengte hoog, die met grote ogen nieuwsgierig de wereld in kijkt – zou wel willen verdwijnen van schaamte. En dat doet hij dan ook: zwevend door het niets, belandt hij bij De Grote Waarom Show, een pseudowetenschappelijke kennisquiz vol glitter, glamour en antwoorden op alle vragen. Het decor (van Marlies Schot) bestaat uit een grote desk, waaraan kundigen worden uitgenodigd (‘de desk-kundigen’), met daarachter twee grote schappen, met daarin alles wat ze weten (‘de weten-schappen’).

In De Grote Waarom Show strooien Marlyn Coetsier en Mark Haayema als presentators gretig met feitjes, die Gup – die ze afwisselend bespelen – de oren doen klapperen. Met vrolijke, beeldende proefjes geven Haayema en Coetsier antwoorden op uiteenlopende vragen: waarom zijn bananen krom, wanneer zie je een regenboog, waarom moeten we onze tandenpoetsen en hoe werkt dat eigenlijk met zwaartekracht? Het is uitbundig, beeldend poppentheater waarin metersgrote tandenborstels, enorme drollen en pratende bananen af en aan vliegen. Daarbij is veel aandacht voor en interactie met de jonge toeschouwers in de zaal.

Dat sorteert een aanstekelijke hilariteit – al ondermijnt de uitwaaierende pret in eerste instantie enigszins de aandacht voor de kleine Gup, de pop waarmee de kinderen zich kunnen identificeren, en die aanvankelijk vooral angstig tegenover die bergen aan informatie staat. Het ís ook kwetsbaar, onwetendheid, en het kan je heel eenzaam doen voelen.

Gelukkig worden in de tekst van Haayema de quizmasters zelf gaandeweg ook ontmaskerd als mensen die hun kennis maar gewoon uit boeken gehaald hebben, en ondanks al hun pretenties lang niet alle antwoorden (al) hebben. Want waarom is die lucht eigenlijk blauw? Voorbij alle afleidingsmanoeuvres moeten ze Gup het antwoord uiteindelijk schuldig blijven en moet hij er zelf achterkomen.

Zo wordt deze ode aan het weten, gaandeweg een ode aan het niet-weten. Want wie niet weet, heeft immers wat te ontdekken. Zodra dat is vastgesteld, wordt met elkaar en het jonge publiek de zoektocht naar vragen en antwoorden vrolijk voortgezet, ook na de voorstelling in de foyer.

Foto: Kamerich & Budwilowitz / EYES2