De Griekse mythologie zit vol gruwelijke verhalen. Choreograaf en poppenspeler Duda Paiva koos er drie, die hij verbeeldt met dans, poppen en humor. Paiva maakte een van de stukken eerder bij De Meekers. Bij Maas vormt het drieluik zijn eerste complete kindervoorstelling. De mens komt er niet best vanaf.

Omdat koning Erysichton een boom kapte in een heilig woud, straft de godin Ceres hem met een niet te stillen honger. Als een klassiek Koekiemonster zet hij zijn gulzige bek in alles wat in de buurt komt. Zelfs zijn dochter moet eraan geloven. Als de godin Nikè naar de aarde komt om de mensen overwinningen te brengen, willen de mensen het prachtige meisje koste wat het kost op aarde houden. Ze sluiten haar op en breken haar vleugels. Odysseus en zijn vriend roven schapen van de cycloop. Als die daar bezwaar tegen maakt, steken ze een stok door zijn oog.

In De Grieken geven de mythologische verhalen King, Nikè en Cycloop een weinig verheffend beeld van de menselijke omgang met andere wezens, in dit geval goden en reuzen. Het verhaal van Odysseus en de cycloop is algemeen bekend, koning Erysichton komt uit Ovidius’ Metamorfosen en dat Nikè zo slecht behandeld werd, heb ik nergens kunnen vinden. In de drie verhaaltjes heb je al heel wat hoofdzonden te pakken – in elk geval hebzucht, gulzigheid, jaloezie, arrogantie en hoogmoed. Stof genoeg voor een pittig nagesprek.

Duda Paiva vertelt zijn allesbehalve zoete verhaaltjes met veel plezier en verbeeldingskracht. De hoofdpersonen zijn poppen, die gemanipuleerd worden door de dansers Ana Teixidó en Ilija Surla en poppenspeler Tim Velraeds, die ook de in- en uitleiding op rijm verzorgt. De voorstelling is gemaakt voor kinderen vanaf negen. Jonge kinderen worden gewaarschuwd: ga maar niet op rij 1 zitten, want het wordt best eng. Of ze dat ook vinden, weet ik niet. Dankzij de poppen treedt het tekenfilmeffect in werking: gruwelijkheden die kinderen wekenlang nachtmerries kunnen bezorgen als ze ze in een realistische film zouden zien, zijn volstrekt acceptabel en zelfs komisch in de getekende wereld van de cartoon.

Aan de ene kant werkt de onechtheid van de prachtige poppen geruststellend, aan de andere kant is het verbazend hoe snel je zo’n klont schuimrubber accepteert als een levend wezen. Ze hebben zeer sprekende ogen en monden, en dat de hand van een mens dan in hun rug verdwijnt, is geen bezwaar. Na afloop mag je de naakte Nikè van dichtbij aankijken – dat is bijna te intiem.

Ook de humor die Paiva inzet, is een sterk verzachtende omstandigheid. Hij pakt de menselijke wreedheid, onmatigheid en onrechtvaardigheid in in een vrolijk schapendansje of het kinderachtige gedrag van een hongerige koning. De Grieken speelt een subtiel spel met herkenbaarheid en afstand tegelijk. Dat levert een zeer onderhoudende voorstelling op, die een goed afgewogen midden vindt tussen verhaal en lyrische dans. Ook het contrast tussen mens en pop is mooi: Ana Teixidó danst als een elfje met het schonkige, gerimpelde koninkje en de stoere en gracieuze Ilija Surla verleidt Nikè tot een wervelende zeemeerminnendans. Tim Velraeds leent zijn benen aan de cycloop en gaat soepel in hem op.

De Grieken is een uitermate geslaagde ontmoeting van Duda Paiva en Jeugdtheatergroep Maas, die alles in zich heeft om een internationaal succes te worden. Voor kinderen én ouders.

Foto: Phile Deprez