Vorig seizoen speelde theatergroep De Warme Winkel voor het eerst een boekbewerking: in Moskou op sterk water – op een geheime locatie met slechts ruimte voor pak hem beet twintig man publiek – brachten Vincent Rietveld en Ward Weemhoff een uiterst sobere en tergend trage vertelvoorstelling, gebaseerd op de gelijknamige deliriumnovelle van Venedikt Jerofejev. Het contrast met De drie musketiers kan haast niet groter: dit is groots opgezet spektakeltheater voor een tribune waar 1400 toeschouwers op passen, volop houtje-touwtje special effects en over elkaar heen buitelende plotontwikkelingen.

De voorstelling, die de groep ter ere van het 35-jarig jubileum van het buitentheater maakte, is pakweg in drieën op te delen. Aanvankelijk lijkt De drie musketiers een weliswaar satirische, maar aardig trouwe bewerking van Dumas’ roman te worden. Volgens de wetten van de klassieke vertelling wordt hoofdpersoon d’Artagnan (Benjamin Moen) keurig geïntroduceerd bij aanvang van zijn reis van het platteland waar hij opgroeide naar Parijs: hij wil musketier worden, net als zijn vader. Een onhandig afscheid met die vader (een van de vele droogkomische rollen van Vincent Rietveld) volgt, en d’Artagnan begint vol goede moed aan zijn verhaal.

In een mix van karikaturale en sprookjesachtige scènes ontwikkelt Dumas’ steeds uitwaaierende plot en de daarbij horende ontwikkelingen en intriges aan het hof. D’Artagnan ontmoet de musketiers, daagt hen per ongeluk uit voor een duel, maar een gezamenlijke vijand doet hen verbroederen. En voor ze het weten zijn ze gevieren op weg naar Londen.

Het tempo ligt hoog, net als de kolder. De voorstelling (Pieter Kramer deed de eindregie) zit doorspekt met flauwe grappen, koddige knipogen naar de brontekst, stunts en schermchoreografieën. Het theatercollectief van Rietveld, Weemhoff en Mara van Vlijmen werd aangevuld met vier gastacteurs en een tienkoppig corps de ballet. Verstilling laten ze even voor wat het is, de voorstelling dendert voortdurend door.

Maar gaandeweg sluipt er iets opmerkelijks in het verhaal. Kleine kaboutertjes met rode puntmutsjes, die om de haverklap hun broek laten zakken, duiken overal op. Vreemd, grappig, irritant, maar we laten ons aanvankelijk niet afleiden. Er moet immers een ketting terug naar het Parijse hof gebracht worden en die opdracht is belangrijk. Maar wat als die kaboutertjes vastbesloten zijn de aandacht op te eisen en de plot over te nemen?

Waar De Warme Winkel aanvankelijk de wetten van de klassieke vertelling hanteerde, neemt de voorstelling gaandeweg een afslag en gaat er een soort online browse-dramaturgie gelden. Aan alle kanten wordt er om aandacht getrokken – reclames, referenties en verwijzingen leiden je af, onverwacht naakt verschijnt prominent en opdringerig in beeld en het verhaal wordt steeds meer gereduceerd tot computergame, waarbij de plot wordt vereenvoudigd tot level, punten te halen zijn, tegenstanders verslagen moeten worden en je af kunt gaan. Amusing Ourselves to Death van Neil Postman was een belangrijke lens waardoor ze Dumas hebben gelezen, werd bij de inleiding uitgelegd. Eén voor allen, allen voor het entertainment.

De voorstelling eindigt weer heel klassiek, in een expliciete, moralistische uiteenzetting waarin d’Artagnan heeft geleerd dat aandacht het belangrijkste is om zijn verhaal te schrijven. ‘Het draait niet om suspense, maar om dramaturgie.’ Een wat al te gemakkelijke conclusie natuurlijk, die gelukkig ook meteen weer wordt geproblematiseerd, want inderdaad: afleiding is net zo belangrijk, en daaruit kan net zo veel schoonheid gedestilleerd worden.

Wat dat betreft is deze uitbundige lezing van De drie musketiers, als pleidooi voor gedeelde aandacht en gedeelde afleiding, vooral een viering van het theater: een van de weinige plekken waar je je aandachtig en nog in gezamenlijkheid laat afleiden.

Als vrolijke familievoorstelling (adviesleeftijd 15+) biedt De drie musketiers een avond vermakelijk vertier met op de valreep nog iets om op na te kauwen. Over de gehele linie geldt dat alles er wel behoorlijk dik bovenop ligt. In het oeuvre van De Warme Winkel is dit qua vorm niet het meest spannende, en inhoudelijk niet het meest uitdagende project.

Foto: Sofie Knijff