Je huis – is dat de fysieke ruimte waar je woont? Of je herinneringen? Je relaties met je huisgenoten misschien? ‘Ik heb pas een huis als ik anderen kan uitnodigen’, zegt de Libanese danseres Stephanie Kayal. ‘En dat kan ik momenteel niet.’ Een jonge Egyptische vrouw in het publiek intervenieert: ‘Voor mij was heel duidelijk wat Stephanie ons wilde laten zien. Maar voor velen hier misschien niet. Wij hebben andere ideeën over “huis” of “thuis” dan jullie Nederlanders.’

Soms wordt een voorstelling duidelijker tijdens een nagesprek. Voor mij was dat het geval bij Dar (Homeland) & Grand Voyage, een double bill van het festival Dancing on the Edge in het Haagse Korzo Theater. Dar is een solo van Kayal, Grand Voyage de vrucht van een drieweekse gezamenlijke residency bij het Utrechtse DOX van de Surinaamse Nederlander Ryan Djojokarso en de Syriër Ossama Halal, artistiek leider van de Koon Theatre Group in Beiroet. Grand Voyage wordt uitgevoerd door dansers van Koon en van DOX.

Huis, thuis en thuisland spelen in beide voorstellingen een belangrijke rol. Halal woont niet voor niets in Beiroet: zijn Syrische thuis is hij kwijtgeraakt door de oorlog in dat land, net als veel van zijn dansers. In zijn eerdere voorstelling Above Zero, te zien tijdens Dancing on the Edge 2015, liet hij zijn performers worstelen met stalen ziekenhuisbedden. Ze lagen er meestal onder, of droegen ze op hun rug – mensen die in constante angst leven, die constant moeten schuilen voor bombardementen.

In Grand Voyage komt dat beeld terug in een andere vorm. Op het podium staat een hellend vlak met een luik erin. De performers klimmen erop, glijden er vanaf en kruipen eronder. En als ze eronder zitten, gaan ze met het ding aan de wandel. Ze duwen het van het centrum van het podium naar de randen, in cirkelvormige bewegingen. Als ze er vanaf glijden, doen ze dat meestal liggend, met gestrekte lichamen. Dan lijkt het alsof ze zichzelf zo klein en onzichtbaar mogelijk willen maken ­– een echo van Above Zero.

Aan het begin van Dar staat Kayal lange tijd stil, vooraan het podium. Ze maakt uitnodigende armgebaren naar haar publiek en spreekt uitnodigende teksten in het Arabisch. ‘Kom binnen’, ‘wees niet bang’, ‘wees niet verlegen’. Langzaamaan worden haar armgebaren heftiger en haar woorden meer staccato uitgesproken. Daaruit ontvouwt zich een dans. Kayal schudt haar lange haren los en speelt ermee. Enige tijd bedekken die haar gezicht volledig. Wil ze ons toch liever weg hebben uit haar huis? Is ze zelf verlegen wellicht?

Ook Grand Voyage paart beweging aan tekst. Zo zingt Nadine Wijshoff schier eindeloos lang een slaapliedje, terwijl de overige performers om haar heen over het hellende vlak rollen. In de combinatie van bewegende lichamen en gesproken en gezongen woorden ging er voor deze recensent iets mis. De choreografie lijkt meer solide, zeker van zichzelf, well grounded. De teksten en meer geacteerde gebeurtenissen in de show bleven mij te dun, te veel steken in clichés. Te weinig uitgewerkt en doorgedacht.

Ook Dar ontbeert nog een dwingende innerlijke logica. De kracht van de solo is de eenvoud ervan. Kayal acteert en spreekt nauwelijks, ze danst vooral, en dat doet ze mooi en goed. Maar wat wil haar dansende personage nou: haar toeschouwers haar (t)huis(land) binnenlokken, of ze juist weghebben?

Dans vervloeit steeds meer met theater, met tekst, met performances uit de beeldende kunst. Maar het effect van multidisciplinaire, multimediale producties staat of valt met het vermogen van dansers en choreografen om zich ook die andere disciplines eigen te maken. En met hun conceptuele kwaliteiten: het moet wel één geheel worden. ‘Ik ben een danser’, zei Ossama Halal, minstens óók een choreograaf, op zeker moment tijdens het nagesprek. Om zijn woorden te benadrukken, ging hij erbij staan.

Prima, niets op tegen. Maar blijf dan bij je leest, net als de schoenmaker. Of zorg ervoor dat je net zo leert spelen met al die andere disciplines als met je eigen vertrouwde medium. Doe die er niet zo’n beetje bij, als een afterthought. ‘Wat mij opviel tijdens onze voorbereidingen’, zei Ryan Djojokarso, ‘was dat Ossama voortdurend dacht vanuit de choreografie, en ik meer in beelden.’ Voor mij zijn Halal en hij er onvoldoende in geslaagd om uit die twee verschillende benaderingen één overtuigend geheel te smeden.