‘Wat een prachtige dag vandaag,’ zingt Ageeth de Haan in het openingsnummer van haar nieuwe voorstelling Daar komen de dieren. We gaan de wereld intrekken om ons te vergapen aan jonge, exotische dieren. Dat is aan een kinderpubliek wel besteed.

De Haan wordt begeleid door drie sympathieke muzikanten (bassist Frans Groen, gitarist Peer Thielen en drummer Vinsent Planjer) die zich naast het musiceren ook nu en dan schromend aan dialoog en spel wagen. Op de achterwand van het podium worden op een groot scherm foto’s en videomontages van dieren geprojecteerd. Close-ups van olifantenslurven, beelden van wankelende giraffen en zo nu en dan een gekke bekken trekkende aap; het zorgt voor de nodige hilariteit bij de kinderen. Aanstekelijk, ook voor de ouders.

De Haan maakt sinds 2003 muziektheater voor kinderen. Tweemaal genomineerd voor de Willem Wilminkprijs (tweejaarlijkse prijs voor beste kinderlied op cd of in het theater), eenmaal voor de Rabobank Cultuurprijs. Ze is ambassadeur voor de WNF-bamboeclub, waarmee ze na haar eerdere voorstelling Bijt-ie in je bil! ook bij deze productie heeft samengewerkt.

Het lijkt alsof ze met deze voorstelling een dagje dierentuin probeert te combineren met een middagje theater. Terwijl De Haan rustig een repertoire aan kinderliedjes doorneemt, trekken daarachter beelden van dieren en landschappen aan ons voorbij. De momenten waarop De Haan er met haar liedjes letterlijk op in gaat werken als een trein. De voorstelling is reuzesterk als de hele zaal een kleine, pasgeboren giraffe aanmoedigt om voor het eerst op zijn benen te staan. Met weinig woorden weet ze de projecties los te krijgen van het scherm en tot leven te laten komen in de zaal. Iets soortgelijks gebeurt wanneer we later de kleine pandaberen moeten helpen hun ouders te volgen.

Ontspannen schakelt De Haan tussen de projecties, de bandleden en de zaal. Ze heeft een prettige ongedwongenheid waarmee ze de kinderen meeneemt. Haar teksten zijn toegankelijk en raken juist in hun eenvoud: ‘Mama’s vacht / is lekker zacht / nog zachter dan ik dacht.’ Projecteer daar een leeuwenwelpje of een olifantenbaby achter en je hebt de zaal.

Nu zijn er ook momenten dat de projecties op het scherm de overhand nemen, en de aandacht van het podium doen verslappen. Dat is wanneer podium en scherm niet op elkaar inhaken. Als De Haan ons niet met haar liedjes helpt om tekst aan beeld te koppelen, dan gaat de aandacht toch eerder naar de schattige, grappige en mooie dieren op het scherm. En neem het de tweejarigen maar eens kwalijk.