In de Blauwe Zaal van de Stadsschouwburg Utrecht wacht het publiek een spiegelbeeld: op de bühne staat een kleine tribune. In Raquel André’s Collection of Spectators maken we gedurende anderhalf uur kennis met zes door haar verzamelde toeschouwers.

De voorstelling begint met een introductie van Raquel André waarin ze ons het lege toneelbeeld laat observeren. Ze stelt ons voor aan de technici in de zaal, die licht en geluid mogelijk maken, en via dia’s aan andere medewerkers achter de schermen van de schouwburg en het SPRING Festival. Wat zien we, wat observeren we, wat valt ons op wanneer we een theater betreden?

Dan wordt het verhaal overgenomen door zes deelnemers aan de voorstelling, zes toeschouwers die samen met Raquel André een week lang hebben gewerkt om tot de inhoud van de voorstelling te komen. Xin, Senja, Wies, Ingrid, Shiyuan en Khurram nemen plaats op de tribune, en komen een voor een naar voren om een aantal herinneringen en verhalen over zichzelf te delen.

Ze geven hun eigen, persoonlijke kijk op ‘spectatorship’. Hun eerste ervaring met het zijn van een toeschouwer, of op welke momenten ze zich realiseerden wat het precies inhoudt om toeschouwer te zijn. Ze worden ondersteund door een aantal spotlichten met tegenlicht, gericht op het publiek, en een powerpoint met dia’s.

Veel verhalen hebben een directe link met het theater en met optreden als evenknie van toeschouwen. Zo vertelt Xin over haar knipperlichtrelatie met haar viool, en hoe ze op meerdere punten in haar leven besloot om het leren van vioolspelen weer op te pakken, en vertelt Khurram hoe hij als kind op toneel los kon en mocht weken van normen rondom seksualiteit. Allen delen ook theatervoorstellingen en kunstwerken die hen bewust maakten van wat observeren is.

Ontroerend is de anekdote van Wies waarin ze De Kus van Rodin beschrijft als een van haar lievelingswerken: haar moeder liet haar dit kunstwerk zien, terwijl er in huis niet gepraat werd over seksualiteit, en moeder en vader geen intimiteit toonden waar de kinderen bij waren. Een observatie van een moeder die haar kind iets probeert te vertellen zonder woorden.

Dit zijn ‘echte’ mensen, geen getrainde acteurs of performers, maar elk van hen staat kalm en zelfverzekerd op toneel, en neemt ons in heldere taal mee in hun observaties. Raquel André is een meester in het regisseren en componeren van deze mensen, in het kaderen van hun herinneringen en ervaringen tot professionele theatraliteit.

De verhalen die we horen zijn intiem en persoonlijk. Hier en daar rollen er interessante conclusies uit over toeschouwerschap, zoals Ingrids herinnering aan een ervaring in een museum, en hoe haar kinderen dezelfde ervaring hadden in datzelfde museum, jaren later, en dus dezelfde herinnering opbouwden.

Maar al met al is Collection of Spectators vooral een verzameling van anekdotes. Op het moment dat je het patroon van spreekbeurten ontdekt, borrelt er toch ook een soort verveling op. Twee deelnemers gehad, nog vier te gaan. Zeker omdat de anekdotes en de personen los van elkaar staan, lijkt er lange tijd lijkt geen grotere som der delen te bestaan.

Aan het eind neemt Raquel André opnieuw het woord, om de voorstelling af te sluiten en dat grotere geheel er toch in te weven. Hier verandert de voorstelling plots toch van toon: ze neemt ons mee in de vorige voorstellingen van deze reeks. Eerder verzamelde ze namelijk al geliefden, andere verzamelaars, en andere kunstenaars. Hier bouwt ze voorstellingen omheen en we krijgen een kijkje in haar archief.

De nadruk komt nu te liggen op het grotere geheel, en de zes deelnemers worden in een doosje gestopt, te bekijken in Raquels collectie. Het ontwapenende van de voorstelling wordt hierdoor wat teniet gedaan. De authenticiteit van de participanten versus het concept en de framing van de kunstenaar. Gaat het om deze mensen, of gaat het om de vorm van het project?

Natuurlijk gaat dat ook weer over spectatorship, wij als toeschouwers die kijken naar de verzamelde toeschouwers, maar deze metalaagjes komen minder goed uit de verf dan de persoonlijke verhalen waar we zojuist de hele performance naar hebben geluisterd.

Een groot onderdeel van Raquel André’s beweegredenen voor het verzamelen en tonen van toeschouwers, komt ook voort uit de vraag wiens verhalen we vertellen. Wie zijn er te zien? Er bestaat een urgentie bij het laten zien van mensen die niet wit, man of cisgender zijn, zoals ze zelf in haar introductie toelicht. De zes deelnemers illustreren dit, maar de urgentie van diversiteit komt buiten de introductie niet aan bod. Collection of Spectators is een toegankelijke, maar soms erg letterlijke manier om andere stemmen te laten spreken in het theatergebouw.

Foto: Tiago de Jesus Brás