Een ekster vliegt over. Claudine en Claudette houden de vogel scherp in de gaten. Ze bespieden hem door verrekijkers vanachter het raam. Twee oude dames in een huis met uitzicht op het Haagse Lange Voorhout. In de voorstelling van Toneelgroep De Appel die hun naam draagt wonen de zussen boven de Pulchri Studio. Vanaf het gras tegenover de galerie zien de toeschouwers hen achter de ramen, hun gesprekken afluisterend via een koptelefoon. Claudine en Claudette bespieden hun buren, maar ook nietsvermoedende galeriebezoekers. Zogenaamd meer gefascineerd door de duikvlucht van een ekster dan door het wel en wee van hun buurman.

In de locatievoorstelling Claudine & Claudette speelt Isabella Chapel Claudine en Saskia Mees Claudette. Ze zijn oude dames, chique, een tikje verzuurd en behoorlijk racistisch. Nu de ene zus de andere bezoekt, spreken ze over het verleden, over hun jeugd in Indonesië en hun ouders. Hun verhalen worden steeds onderbroken door glurende blikken de straat in. Chapel en Mees verzonnen het voorstellingsconcept tijdens een andere productie waarin ze beiden speelden. Wachtend in de coulissen zagen de actrices door een raam de buurtbewoners. Ze begonnen te fantaseren en zo ontstond een komedie op een bijzondere locatie.

Behalve fascinerend kan de enscenering echter ook ongemakkelijk zijn. De nietsvermoedende Pulchri-gasten worden opeens onderdeel van het stuk, als de actrices naar hen wijzen en hun uiterlijk bekritiseren. Vanaf het grasveld klinkt dan een lachsalvo, een paar gasten kijken op. Ze zien het schouwspel achter de ramen, maar voor hen blijven de stemmen van de actrices onhoorbaar. De dames zitten veilig achter het glas, gescheiden van de buitenwereld. Maar hoe onschuldig is dit spieden vanuit dit isolement, het onderonsje tussen publiek en de actrices? Wanneer wordt het gluren onsmakelijk? Waar eindigt de werkelijkheid en begint de fictie? Het zijn vragen die Claudine en Claudette niet stellen. Zij hebben het liever over hun geschiedenis, wat mooie en komische scènes oplevert maar een interessant element van de voorstelling onbehandeld laat.

Foto: Henry van Niel