Mercedita Beatriz Landa groeide in de jaren ’80 van de vorige eeuw op in een van de rijkere buurten van Buenos Aires. Ze was de dochter van een gepensioneerde kolonel en zijn gelovige vrouw. In het grote huis waarin ze woonden maakte vooral de indrukwekkende bibliotheek van haar vader veel indruk. Het was een redelijk normale jeugd, al voelde ze zich vaak eenzaam omdat haar strenge vader haar geen vriendinnetjes toestond en stond het vele reizen haar echt tegen.

Toen ze wat ouder werd, begonnen haar dingen op te vallen. Tijdens discussies op school bleek ze een andere mening te hebben dan de meeste van haar medeleerlingen over wie goed was en wie fout tijdens Videla’s dictatuur. Zoals dat vaak gaat op jonge leeftijd vertolkte Mercedita het standpunt van haar ouders. Wist zij veel, ze hield van SF-boekjes.

Maar gaandeweg begon ze zich vragen te stellen. Waarom mocht ze bepaalde films niet zien? Wat deden al die boeken over Pinochet, Franco en het zionistisch complot in de bibliotheek? Waarom hadden andere leeftijdgenoten veel jongere ouders dan zij?

Aan de voorzichtige argwaan kwam in 2001, ze was 21, op schokkende wijze een eind. Via een verplichtte DNA-test kwam ze erachter dat de oude kolonel en zijn vrouw haar ouders niet waren. De vreselijke waarheid was dat haar biologische ouders tijdens de dictatuur opgepakt, gemarteld en vermoord waren  Ze was een van de honderden desaparecidos, vermiste kinderen naar wie al jaren werd gezocht. Ze bleek Claudia Victoria Poblete Hlaczik te heten en de dochter te zijn van een gehandicapte sociale activist en een Duitse moeder.

In de naar haar genoemde voorstelling vertelt ze haar levensverhaal, onopgesmukt en ogenschijnlijk onbewogen. Ze loopt wat heen en weer over het podium, gaat af en toe op een stoel zitten. Ze praat in zo’n hoog tempo dat haar woorden bijna een soort bezwerend karakter krijgen. Alsof ze de emotie op een veilige afstand wil houden, bang dat ze in tranen zal uitbarsten als ze die verschrikkelijke leugen te veel tot zich laat doordringen. De tranen die wel rijkelijk vloeiden toen ze een bezoek bracht aan de watervallen van Iguaçu en waar, ‘zwevend tussen water en hemel’, ineens het besef van de verschrikkingen tot haar doordrong.

De keus van de makers van La Conquesta del Pol Sud om het verhaal zo sec mogelijk te presenteren valt te billijken (Poblete Hlaczik is immers geen actrice), maar creëert wel een grote afstand. Het toneelbeeld, met niet meer dan wat stroken luxaflex waarop af en toe beelden worden geprojecteerd, draagt bij aan die soberheid. Haar aangrijpende verhaal zou zelfstandig zijn werk moeten doen, maar doet dat – juist door die niet aflatende woordenstroom – niet.

Ergens in de voorstelling vertelt Poblete Hlaczik over de procesverslagen (haar eigen rechtszaak tegen haar ‘non-ouders’ zette een reeks processen in gang) dat het vooral de witregels waren die het aangrijpendst waren. Daarin las je de stilte, het onzegbare, daarin las je de verschrikkingen. Iets meer van die witregels had Claudia goed kunnen gebruiken.

Foto: Josep Aznar