Eh…dit verhaal zou toch gaan over de #MeToo-ervaringen van een jonge acteur die slachtoffer werd van een oudere casting director? Regisseur Bram Jansen speelt met de loyaliteit van de kijker in Casting “The Pass”. Dat spel geeft het plot en de beide rollen reliëf en laat zien dat het centrale conflict een systemisch probleem is.

De manier waarop de jonge acteur (Jord Knotter) zijn oudere collega (Gerardjan Rijnders) ontvangt, in zijn keuken met designstoelen, hooghartig met een air van ‘oh ja bijna vergeten dat je zou komen’ en meteen een glas witte wijn nèt wat te vol schenkend – het is een exacte spiegel van de ontvangst die hij zelf kreeg van de man die hij wil aanklagen. Doordat het slachtoffer zich ook in staat toont roofdiergedrag te vertonen, ligt je sympathie niet zonder meer bij hem.

De jonge acteur maakt een auditiefilmpje op basis van een zelfgeschreven script. Hij heeft een oudere acteur gevraagd de andere rollen te lezen. Dat script blijkt een aanklacht tegen een machtige casting director die de jonge acteur maandenlang manipulatief voorhoudt hem rollen te zullen bezorgen, om te beginnen in “The Pass”. Ook door die vorm, een gescripte monoloog, kun je vragen stellen bij de dosering en het waarheidsgehalte.

Dat neemt niet weg dat het verschrikkelijk is wat hij vertelt. Zijn ervaringen tonen hoe een machtsmisbruiker zijn macht kan behouden, omdat het de misbruikte zo isoleert, door te zeggen ‘niemand vertellen hoor, dat je deze foto’s hebt gezien’, door hem voortdurend een gemankeerde persoonlijkheid aan te praten (‘narcistische theatrale persoonlijkheid’) of te laten voelen dat hij eigenlijk niks kan (onbetaald achter een leeg bureau zetten om een niet-bestaande functie uit te oefenen voor een project dat nooit van de grond zal komen). Hoe dat allemaal helemaal met elkaar verknoopt raakt waardoor het slachtoffer inderdaad niet in actie kan komen, geen medestanders kan verzamelen, en ook geen medestander van een ander kan zijn want: je bent klein en je schaamt je. En er is maar een iemand die je kan, nee, wil helpen: je bully.

Het probleem, als je even nadenkt, is nog veel groter dan de castingwereld, dan de toneel- of filmwereld. Het mechanisme hoeft geen seksuele component te hebben. Je kunt ook hele groepen kiezers aan je binden met dezelfde technieken. Toen Wilders opkwam in Nederland lazen we nog weleens analyses over framing. Trump doet het, Bolsanaro, uiteraard de epigonen van totalitaire systemen als Poetin, ga maar even door.

In 2020 leven heel veel mensen in een door bully’s geframede wereld waarin we klein zijn, ons schamen. Loyaliteit en solidariteit zijn ingeruild voor afhankelijkheid, chaos en invechten. Gevangen in de overlevingsstand. Hoe kom je terug bij wat in dit stuk heet ‘je eigen verhaal’? Hoe kom je aan medestanders?

Hij zwijgt, de oudere acteur aan de keukentafel. Hij zwijgt lang. Geen spier in zijn gezicht beweegt wanneer de jongere acteur hem vraagt wat hij dan zou doen als hij voor een auditie zijn broek zou moeten uittrekken. Ze kijken elkaar aan en tussen hen in hangt een knoop van woede, schaamte, opportunisme en deemoed. Regisseur Jansen doet geen poging die knoop te ontwarren, maar wijst ons erop hoe die ons definieert.

De oudere acteur aan de keukentafel schenkt zijn jongere collega een veel te vol glas witte wijn in en slaat gretig een troostende arm om zijn heerlijke schouders.

Foto: Jostijn Ligtvoet