Theatermaker Jouman Fattal maakte de voorstelling Broken-winged bird eigenlijk voor Theater Na De Dam. Dat de voorstelling vanwege de coronamaatregelen op 4 mei niet gespeeld kon worden is een schitterend ongeluk: in de tussenliggende anderhalve maand is het stuk alleen nog maar actueler geworden.

Het begin van Broken-winged bird maakt meteen kristalhelder waar de voorstelling over zal gaan. Joy Wielkens zingt de Billie Holiday-klassieker Strange Fruit en zoals altijd gaat de tekst door merg en been, een verpletterende herdenking van de lynchpartijen die ook na de afschaffing van de slavernij nog de levens van talloze zwarte Amerikanen opeisten. Het is misschien een wat voor de hand liggende opening van een voorstelling over racisme, maar effectief is het zeker.

En de duidelijke inzet is misschien ook geen overbodige luxe voor het publiek: theatermaker Jouman Fattal en haar team leggen een spannende grilligheid aan de dag in de manier waarop ze het verhaal vertellen van Timothy Hood, een zwarte soldaat die na zijn terugkeer van de Tweede Wereldoorlog door een politieagent werd doodgeschoten omdat hij op de ‘verkeerde’ plek in een tram ging zitten.

De montage schakelt snel tussen heden en verleden en tussen realisme, droomachtige sequenties en cartooneske overdrijving. De overwinningsspeech die generaal MacArthur gaf nadat het naziregime zich had overgegeven gaat bijna naadloos over in een dansscène op de tonen van Duke Ellington. Daarná pas worden we voorgesteld aan het hoofdpersonage, dat nog zwaar getraumatiseerd is van zijn oorlogservaringen en dat niet aan zijn vriendin krijgt uitgelegd. Fattal en Wielkens spelen afwisselend de rol van Hood en de andere personages, waardoor de willekeur van racisme nog eens wordt onderstreept.

Stukje bij beetje krijg je als toeschouwer grip op het hoofdpersonage, dat we in flashback in discussie zien gaan met een oorlogsmakker als die een witte officier weigert te begraven ‘omdat al die gasten uit Alabama racisten zijn’. Bij gebrek aan historische bronnen heeft schrijver Timen Jan Veenstra de persoonlijkheid van Hood helemaal zelf moeten invullen, en hij neigt er misschien een beetje te veel naar om van hem een verlichte verbindingsprediker te maken, waardoor hij soms meer een pamflet lijkt dan een echt mens. Eigenlijk zijn de discussies tussen Hood en zijn vriendin het scherpst, omdat daar de gerechtvaardigde woede over het systemische racisme en de impuls om zelf de moral high road te blijven bewandelen met elkaar in dialoog gaan – waarmee de makers treffend de interne strijd in iedere emancipatiebeweging in beeld brengen.

Het verhaal van Timothy Hood is sinds de dood van George Floyd nog actueler geworden – hoewel je ook zou kunnen zeggen dat dit thema in de tussenliggende 74 jaar nooit aan actualiteit heeft ingeboet. Broken-winged bird voegt echter toch iets toe aan de discussie vanwege het pijnlijke contrast dat de voorstelling blootlegt tussen de ronkende woorden over vrijheid en gelijkheid van MacArthur en de racistische samenlevingen die die waarden zeiden te verdedigen. De zwarte soldaten die meevochten voor onze vrijheid werden (niet alleen in de VS!) bij thuiskomst meteen weer aan systemisch racisme onderworpen, soms met de dood tot gevolg. Broken-winged bird slaagt er uitstekend in om deze historische schuld voor het voetlicht te brengen.

Foto: Lisa Maatjens