In januari 1989 stond het theaterestablishment even op losse schroeven: regisseur Sam Bogaerts, met een beruchte status, ging een als ordinair bestempelde klucht regisseren, Boeing Boeing (1960) van de Franse schrijver Marc Camoletti bij Toneelgroep Amsterdam. Het is een échte klucht waarin een man, de rijke vrijgezel Bernard, een liefdesrelatie onderhoudt met maar liefst drie stewardessen van drie verschillende maatschappijen, Pan Am, Lufthansa en Air France. Dankzij een ingenieus schema overnacht de ene bij hem als de andere net met verre bestemming is opgestegen enzovoort. Zijn huishoudster is partner in crime en zijn vriend Robert manoeuvreert hem listig door de intrige heen. Totdat alles in de war raakt.

Boeing Boeing is een ouderwetse klucht met minnaressen in verschillende slaapkamers, met slaande deuren en vrolijk makende verwarring. In Nederland kent het stuk een rijke opvoeringsgeschiedenis met voorstellingen in 1978 en 2008. Nu is het opnieuw te zien, uitgevoerd door Theater van de Klucht in de regie van Paul van Ewijk. In ’78 vertolkte Rijk de Gooijer de rol van vriend Robert en in 2008 was dat Jon van Eerd. Bij Toneelgroep Amsterdam deden onder meer Kees Hulst, Maarten Wansink, Annet Nieuwenhuijzen en Chris Nietvelt mee. Wat veroorzaakte de rel destijds? Een repertoiregezelschap behoorde geen klucht te spelen.

Nu is het stuk terug en het is, wederom, perfect. In de jaren zestig (en misschien nog steeds) hing rondom stewardessen de sfeer van dromen en geheime verlangens. Het decor van Joris van Veldhoven toont sterkte gelijkenis van dat uit 1978: een woonkamer met daaromheen, in een halve cirkel, deuren naar de slaapkamers en een deur naar de dienstbodenruimte. Twee tuindeuren aan de achterzijde. Bernard (Bas Muijs) en de Pan Am-stewardess Gloria (Femke van Assouw) zetten meteen in de eerste scène de toon: zij is verliefd op hem en hij ook op haar, maar onder voorbehoud: ze moet snel vertrekken want de Franse schoonheid Gabriela (Wieneke Remmels) is zojuist geland en wil niets liever dan meteen naar haar fiancé. Dan hebben we nog niet gerekend op de stoere, Duitse Walküre Gretchen (Sabine Beers). Ondertussen heeft de aanvankelijke extreem sullige Bernard (Arijan van Bavel) zijn entree gemaakt. Een glansrol is ook weggelegd voor de dwarse huishoudster Berthe, vertolkt door Mariska van Kolck.

Elk van de stewardessen vertegenwoordigt met juiste tongval, stijl en treffende kostumering (door Fatiha Lhajoui) het land van herkomst, compleet met stereotypen en clichés. De stevige onverzettelijke Duitse (‘Duitsers zijn weleens vaak langer gebleven dan ons lief is’), de ‘Oh la la’-Francaise en de eigenzinnige, geheel op zichzelf betrokken Amerikaanse. Voor haar is zoenen een ’technische aangelegenheid’, waar geen gevoelens van liefde aan te pas komen. De verwikkelingen zijn verrukkelijk, niet in de laatste plaats door de intrigante van een huishoudster die steeds meer een stille motor achter het web van intriges blijkt. Arijan van Bavel heeft misschien wel de dankbaarste rol: hij mag zich ontwikkelen van stuurse schlemiel met brilletje tot rokkenjager nummer één.

Boeing Boeing bedient zich van vaste rolpatronen: mannen jagen op vrouwen en vrouwen willen niets liever dan die ene man, met wie ze bovendien willen trouwen. Je zou daar vanuit feministisch oogpunt bezwaar tegen kunnen maken. Maar dat is feitelijk in deze klucht niet aan de orde. Juist het gebruik van reusachtige clichés en voorspelbaarheden zorgt voor de uitbundige vrolijkheid en lichtzinnige charme van het stuk, en van deze voorstelling.

Foto: Vanessa Wessels