Chaos of tucht, en niks er tussenin. Voor schooldirecteur Bint geldt uitsluitend het laatste. Een consequent regime van discipline en tucht moet van zijn monsterlijke leerlingen meesterwerken maken. Dat regime is onverbiddelijk. Zelfs als het de zelfmoord van een van hen als resultaat heeft en de school in opstand komt, geeft Bint geen kik. ‘Aardbeving is meestal bergvorming, en wij hebben ontzag voor de bergen!’

Regisseur Ger Thijs moest zelf behoorlijk wat dialoog bedenken, toen hij Bordewijks roman voor toneel bewerkte. Ook voegde hij een complete verhaallijn toe: het liefdeslijntje tussen hoofdpersoon De Bree en juffrouw To Delorm. Maar een spannende toneelvoorstelling heeft het niet als resultaat: Bint is een rammelende voorstelling onder een dikke laag stof.

Naast vijf ervaren acteurs, vertolken tien jonge spelers de leerlingen in de verschillende klassen: de leergierige ‘bruine klas’, de ijverige ‘grauwe klas’, de voorbeeldige ‘bloemenklas’ en de verschrikkelijke, monsterlijke ‘Hel’, of kortweg: klas 4b. Die klas pestte hun vorige leraar overspannen, en daarom meldt zich nu een nieuwe kracht: De Bree, die met een tijdelijke aanstelling deze klas vooral als experiment benadert.

Thijs koos voor een karikaturale, vaak lollige speelstijl. De acteurs die de klassen spelen, doen dat zo tenenkrommend op de lach, dat het aan elke diepgang ontbeert. Maar echt grappig wordt het ook niet, daarvoor is het niet goed genoeg. En dan staat een goede acteur als Tijn Doctor in zijn rol als De Bree daar meestal wat hulpeloos tegenover. Hij heeft ook niet veel omhanden. De spannende scènes, die waarin hij zich meet aan schooldirecteur Bint of zich spiegelt aan juffrouw Delorm, gaan razendsnel voorbij, maar krijgen geen diepgang. En waarom Thijs er een liefdeslijntje in schreef, blijft volstrekt onduidelijk. Het leidt alleen maar af van de toch al matig uitgewerkte focus: de machtsstrijd van De Bree en Bint.

Thijs schreef een hoop beschrijvingen uit Bordewijks roman om tot dialoog, en dat merk je: de tekst heeft veel expositie, scènes zijn uitleggerig en hebben relatief weinig dramatische potentie. Bovendien wordt alles nog eens letterlijk uitgespeeld, wat een haast potsierlijke zelfmoordscène of knullig letterlijk geënsceneerd fietstochtje oplevert. Tot overmaat van ramp start er tegen het eind muziek in en zingt de klas een lied.

Gelukkig is er dan nog Jules Croiset, die als schooldirecteur Bint fantastisch gecast is en die met zijn onnavolgbare dictie prachtige, gecompliceerde volzinnen mag declameren. Hij speelt sober en ingetogen en gebruikt bijna alleen zijn stem als instrument. Daarmee is hij een welkom rustpunt in het rommeltje dat zich om hem heen voltrekt. Thijs ontpopte zich de laatste jaren als interessant bewerker van de vaderlandse literatuur – vorig jaar nog bracht hij een mooie Eline Vere van Louis Couperus bij Hummelinck Stuurman Theaterbureau – maar Bint is een saaie, inspiratieloze bewerking en dito regie.

Foto: Ben van Duin