Als er iets te winnen valt, staan we niet meer voor onszelf in. Of dat nu een briefje van 5 of een Nespresso-apparaat van ruim 200 euro is, dat maakt niet uit. Hoe aanstekelijk die hebberigheid is, blijkt halverwege de voorstelling Bingo!, als het voltallige publiek verwoed zijn bingobriefje zit te af te strepen: hoofden naar beneden, uitsluitend gefocust op die cijfertjes. Het is een rare gewaarwording tijdens een theatervoorstelling.

Bingo! is terug op de Parade. De voorstelling ging in 1990 in première bij Theatergroep Flint. In dat decennium keerde het een aantal jaren op rij terug op het festival. Bovendien ging de voorstelling internationaal, bijvoorbeeld op het Fringe Festival in Edinburgh. Vijftien jaar na de première is de voorstelling terug van weggeweest. Ze wordt hernomen door De Nieuw Amsterdam, in regie van Aat Ceelen.

In de voorstelling baten de Italiaanse Ricardo Spagnoli en zijn Russische vrouw Anna Feodorowa een illegaal bingopaleis uit. Ze hebben daarvoor een keur aan (illegaal) personeel in dienst, afkomstig van België tot Turkije. Het publiek neemt plaats aan de lange houten tafels, bediening loopt rond om drank en bingokaartjes te verkopen. Alles staat in het teken van geld verdienen.

Het spel begint. De strenge, Oost-Europese Anna (een consequent angst aanjagende Ria Marks) pakt de balletjes uit een bak en leest de nummertjes op. Maar na een tijdje gaat voor het eerst de telefoon – en een paniekerige Ricardo wordt bedreigd. Het publiek lijkt er overigens niet zo mee bezig te zijn. Als bingokaartjes bijna vol raken, is er nog maar ruimte voor één spanningsboog.

Niettemin wordt het dunne verhaaltje zo nu en dan doorgezet. De telefoon gaat nog een keer, een duistere maffioso komt de tent binnen, personages verdwijnen en keren na verloop van tijd toch weer terug. Het is een erg rommelig geheel, waarbij vaak volstrekt onduidelijk is waarom personages weggaan of weer terugkeren. De bingo wordt consistent doorgespeeld. Dat is weliswaar een komisch gegeven als het voltallige personeel door de maffia wordt weggesleept, alleen gaat die grap hier wel erg ten koste van de inhoud.

Ceelen voert een onduidelijke, rommelige regie, waarbij hij zich totaal niet lijkt te bekommeren om zichtlijnen, verstaanbaarheid en focus. Het voelt alsof het verhaallijntje er uitsluitend voor de vorm doorheen is geduwd, om het gebeuren als Paradevoorstelling te rechtvaardigen. Het is dan ook niet gek dat een groot deel van het publiek tijdens de afwikkeling van het verhaal al met volstrekt andere zaken bezig is.

Als het verhaallijntje dan niet kan vervoeren, dan is er tenminste nog de ‘bonte stoet aan personages’ die volgens het programmaboekje de revue passeert. En bont is de stoet zeker, maar het hangt wel allemaal van flauwigheid aan elkaar. Het zijn vooral karikaturale personages, die grotesk en op de lach spelen. Alleen de Russische Anna (Marks) en de Turkse, zwijgende Fatma (Alix Adams) springen eruit; beiden omdat ze niet opvallen door schreeuwerige aanstellerij maar juist in stilzwijgen hun personage geschiedenis geven.

Dat Bingo! een hilarische, vrolijke belevenis is, betwist ik hier niet. Maar dat is vooral te danken aan een uitgelaten festivalpubliek dat sinds jaren weer eens bingo mag spelen. Maar benaderd als theatervoorstelling is in Bingo! nauwelijks wat te beleven. Het bewijst vooral dat het bingospel ondanks alles nog steeds overeind staat, dat oer-Hollandse gezelligheid naadloos samengaat met oer-Hollandse hebberigheid.

En daarbij laten we ons liever niet afleiden door een stukje theater.