‘Voor het eerst in acht maanden kunnen we weer een voorstelling draaien met publiek’, vertelt artistiek directeur Ted Brandsen voorafgaand aan de voorstelling vanaf het podium van Nationale Opera & Ballet. Beethoven zou een jaar eerder in première gaan, in het jaar van de 250e verjaardag van de meestercomponist. Vanavond vertoont Het Nationale Ballet een aangepaste live versie, die wij door omstandigheden alsnog online zien.

Beethoven bestaat uit twee balletten op muziek van de componist; Hans van Manens Grosse Fuge en de wereldpremière van Prometheus van choreografen: Wubkje Kuindersma, Ernst Meisner en Remi Wörtmeyer.

In Prometheus loopt danser Timothy van Poucke met een verlichte bal over het podium en verdwijnt in het achterdoek, terwijl danseressen zich tegelijkertijd een weg het toneel op banen. Met meeslepende en groteske bewegingen lijken de dansers weerstand te ondervinden en zich door een laag stroop te bewegen. Van Poucke, die de rol van Prometheus danst, beweegt zich langs het achterdoek, dat afwisselend een rotswand en Griekse beelden representeert. Handen proberen hem tegen te werken, tillen hem dan op, waarna Van Poucke zelf twee kinderen uit het doek het toneel op tilt.

Beethoven componeerde dit ballet in 1801. Het is het enige ballet dat hij in zijn carrière schreef, maar de muziek zou zo tussen de balletklassiekers thuis kunnen horen. Het is lyrisch met afwisselend vrolijke staccato’s en meeslepende adagio’s. Het Balletorkest speelt het bijna foutloos en de strijkinstrumenten en harp geven het geheel een warme kleur.

Achtergrondkennis van de legende van Prometheus is van belang om het verhaal in het ballet goed te kunnen volgen. Prometheus stal het vuur van de goden om het te verdelen onder de mensen. Oppergod Zeus strafte hem hiervoor. Hij werd aan de bergen geketend en een adelaar kwam iedere dag zijn lever opeten, waarna die ’s nachts weer aangroeide. Uiteindelijk werd Prometheus bevrijd door Heracles. Eenieder die de legende niet kent, zal het ballet hoogstwaarschijnlijk heel anders interpreteren, want het verhaal wordt niet duidelijk uit de choreografie.

In een duet vertonen Van Poucke en Floor Eimers een knap staaltje klassieke ballettechniek. De rode kostuums steken prachtig af tegen de projecties op het achterdoek. Van Poucke, die in 2018 de Alexandra Radiusprijs won, vertolkt de rol van Prometheus met veel inlevingsvermogen, passie en krachtige bewegingen.

Aan het verschil qua dynamiek en bewegingsmateriaal, kun je aflezen dat Prometheus is gemaakt door drie verschillende choreografen. In het tweede deel doen de dansers koprollen over de vloer, wat er enigszins klungelig uitziet. Maar op die scène na, is het ballet een lust voor het oog door de passie waarmee de dansers zich over het toneel bewegen.

Omdat het publiek de zaal in de pauze niet mag verlaten, wordt er een dansfilm vertoond van choreograaf Milena Sidorova; Rose. Het is een plezierig intermezzo. Zeker niet in stijl met het werk van Beethoven, maar de film laat zien dat Het Nationale Ballet het afgelopen jaar niet stil heeft gezeten en zich heeft bekwaamd in het maken van choreografieën voor film.

Grosse Fuge wordt gedanst door vier koppels. Het is een typische ‘Hans van Manen choreografie’, eenvoudig en met theatrale elementen. Met zijwaartse sprongen, rennen, marcheren en geflexte handen. De mannen dansen in lange zwarte rokken en eindigen in hun ondergoed, de vrouwen dragen een soort insectenkroontjes op hun hoofd. Enkele duetten zijn qua beweging niet helemaal synchroon, maar dit doet niet af aan de muzikaliteit van de choreografie en de dansers.

Het is een voorstelling zoals we deze kennen van Het Nationale Ballet. Klassiek doch modern, gedanst met precisie, goede techniek en een vleugje humor en sexappeal.

Foto: Hans Gerritsen