Bedscènes is alweer de vierde zomerkomedie in het DeLaMar Theater. Het stuk van Alan Ayckbourn was in 1975 een hit maar bijna veertig jaar later missen de relatieperikelen een verband met de tijdgeest. Toch valt er, zeker na de pauze, aardig wat te lachen. Het is als het Theater van de Lach, maar dan met echt goede acteurs.

‘Ik heb zelfvertrouwen. Ik ben niet onaantrekkelijk. Andere mensen vinden mij aantrekkelijk.’ Als Tjitske Reidinga opkomt in de rol van de hysterische Johanna gaat er een golf van geamuseerde ontzetting door de zaal. Met haar vettige haardos, rafelige bontjack, te hoog opgetrokken bloemetjesrok en knalgroene pumps is ze het tegenovergestelde van glamourgirl Claire uit Gooise vrouwen waarvan het grote publiek haar kent.  De relatieproblemen met haar man Bernard, gespeeld door Dick van den Toorn, lopen op een zaterdagavond zo hoog op dat ze drie andere stellen meeslepen in hun misère. Met alle komische verwikkelingen van dien.

De Brit Alan Ayckbourn schreef de komedie Bedscènes in 1975 in één week en na de première op West End groeide het uit tot een wereldhit. Maar in 2014 doen de relationele zoektocht van de vier echtparen en de drie echtelijke bedden op het toneel toch wat gedateerd aan. Regisseur Antoine Uitdehaag, die het stuk opnieuw vertaalde, heeft de tekst een beetje aan de tijdgeest aangepast. Maar in een periode van heftige vechtscheidingen vraagt de enscenering om meer durf en eigentijdse humor.

 

Loes Luca en Peter Bolhuis zijn geestig als het uitgebluste stel Theo en Dorien, die hun huwelijksdag vieren met voorlezen uit Dik Trom en vistoastjes op bed. Ook de montere Eefje (Lies Visschedijk), en haar klagelijke man Niek met rugpijn (Guy Clemens) zijn herkenbaar. Net als het jonge stel Saskia en Maarten, gespeeld door Tina de Bruin en Xander van Vledder, die hun housewarmingparty jammerlijk zien mislukken. De verwikkelingen in de scènes voor de pauze zijn wel amusant maar doordat het  niet zo geloofwaardig en goed getimed is, komen ze nogal toneelmatig over. Een verliefd stel dat half naakt elkaars schoenen verstopt en kinderachtig met scheerschuim spuit vlak voor al hun gasten binnenkomen? Een vrouw die aan het begin van de voorstelling al zó hysterisch is dat je je niet kunt voorstellen dat ze vrienden, laat staan een echtgenoot heeft? Dat is over de top, waardoor je als publiek al afhaakt voordat de echte verwikkelingen beginnen.

Na de pauze komt Bedscènes een stuk beter op gang. Bernard en Johanna gedragen zich zo irritant en indringend dat je begrijpt waarom de anderen steeds verder ontregeld raken. De dalen zijn dieper, de toppen hoger en de liefde, het verdriet, de driftbuien en woedeaanvallen tot ver in de nacht zorgen voor hilarische scènes. Dat de dialogen nog steeds een beetje braaf zijn, is dan minder storend. De acteurs zitten zo stevig in hun rol dat het publiek erin meegaat,  met een golf van lachsalvo’s door de zaal als resultaat.

Wie zin heeft in een luchtige zomerkomedie met goede acteurs en Bedscènes in de juiste tijdgeest kan plaatsen, moet zeker gaan kijken.

Foto: Leo van Velzen