Zowel theatercollectief De Warme Winkel als muzikantencollectief Touki Delphine kenmerken zich door hun anti-elitair en vrolijk-anarchistisch karakter. Vijf jaar geleden vonden beide gezelschappen elkaar in het Haagse Gemeentemuseum. Hun voorstelling Kokoschka Live!, waar Paul Koek net als nu verantwoordelijk was voor de eindregie, werd dat jaar geselecteerd voor het Vlaams Theaterfestival.

Ditmaal geldt de Russische Daniil Charms als inspiratiebron. Hij leefde in de eerste helft van de vorige eeuw en was oprichter van zogeheten Oberioe-avonden: een soort bonte avond-achtige performancecompilatie vol spektakel; associatief, zonder logische rangschikking en met als belangrijke onderliggende gedachte dat kunst niet zinvol is. Absurdistisch dus. Aan beide collectieven wel besteed.

In BAM – kunst is geen kast wordt gepoogd een hedendaagse vertaling van zo’n Oberioe-avond te maken. Dat resulteert in een uitbundige montage van scènes waarin ver doorgeschoten hedendaagse iconen steeds als uitgangspunt dienen: YouTube, videogames en fashion-exposures staan centraal in onze zinloze levens. Liken en sharen, blogs en vlogs. Maar voorbij uitbundigheid komt onherroepelijk de leegte.

Met die uitgangspunten bij dergelijke onderwerpen uitkomen is niet heel verrassend, en zeker niet heel vernieuwend. Op zichzelf zijn de scènes zonder uitzondering sterk gespeeld. Hoogtepunt is de terugkerende scène waarin een fashion-blogger wordt geïnterviewd. De leegte in de ogen van Mara van Vlijmen en stagiair Marieke de Zwaan is afschuwelijk, en de inhoudsloosheid van hun gesprek is op het hilarische af. Bij vlagen haperen hun spraak of bewegingen (mooi op het geluidsdecor van Touki Delphine). Zijn dit mensen met robotachtige neigingen of menselijke robots?

Van internetfilmpjes als Amazing young girl dancing with dangerous chainsaw, via GTA5-selfies met topless zonnende avatars naar totale anarchie en weer terug. Het decor is feestelijk: chaos en neon en over de top. De kostuums tè glitter, tè glamour. Wie niet aan het spelen is zit in een bad en kijkt al Coca Cola-drinkend toe. De muziek van Touki Delphine is al even avontuurlijk en bizar.

Feestelijk, uitbundig en veel. De openingsdialoog tussen de twee stagiaires (De Zwaan en Karel Hermans) is nog het meest ingetogen. Vol sluimerende erotische spanning vindt hier een uiterst absurd liefdesspel plaats. Mooi werk, en met een net iets andere lading dan de andere scènes van de voorstelling, die in al hun verscheidenheid juist wat teveel op elkaar zijn gaan lijken.

De Warme Winkel en Touki Delphine houden consequent vast aan hun concept: geen opbouw, geen lijn, geen conclusies. Dat is ook jammer, De Warme Winkel weet zichzelf vaak juist zo krachtig op een particuliere manier aan hun kunsthistorische onderwerpen te verbinden – en daarmee op een veel persoonlijker vlak te raken. Nu blijft het wat hangen op het concept, een concept dat goed is uitgewerkt maar uiteindelijk voornamelijk vermaakt.

Zo blijft ook hier voorbij de uitbundigheid niet veel meer over.

Foto: Sofie Knijff