Er is vaak kritiek op cabaretiers die het over hun kinderen hebben. Mijns inziens is dat niet zo erg, mits het een onderwerp is en niet het thema, en mits het op een originele en eigenzinnige manier gedaan wordt. Datzelfde geldt voor het omgekeerde. Max van den Burg heeft het in zijn derde programma over waarom hij geen kinderen heeft. Maar helaas lukt het hem niet een originele invalshoek te vinden van waaruit hij het kan belichten.

Gebrek aan originaliteit is het probleem bij meerdere stukken in de voorstelling Amok. Teveel onderwerpen zijn vele malen vaker en helaas ook beter behandeld. Hoe je met een wc-rol over de camping loopt, hoe pornografisch de videoclips van tegenwoordig zijn, en hoe je je als puber aftrok op de Wehkampgids, de mozaïekbeeldjes met alle verschillende tv-zenders en de Playboy met Penney de Jager; we hebben het al gehoord. Als je het als cabaretier nog een keer wilt gebruiken, zul je er echt iets nieuws mee moeten doen. En dat lukt helaas niet.

Wel aardig zijn de imitaties en de situatieschetsen die Van den Burg maakt. Hij heeft een behoorlijk aantal stemmetjes en accenten in huis. Ronald Koeman die Engels probeert te praten, het onverstaanbare gebrul van een punkband, Ome Tonnie of de Brabander die na afloop van zijn show een gesprek probeert aan te knopen; het zijn voorbeelden van behoorlijke typetjes die hij verbeeldt. Voor echte persiflages zijn ze inhoudelijk echter wat aan de magere kant.

De scène waarin een sigarenboer in Arazona probeert een klant als homo te ontmaskeren wordt goed gespeeld. Evenals het stuk waarin hij vertelt over de tijd dat hij last had van ‘Si-So’. Daarin geeft hij een treffende beschrijving van de tegenwoordig in overvloed aanwezige hippe singer-songwriters. En de spotjes over aandoeningen, die verwijzen naar de vele Sire-achtige reclames die vragen om geld voor diverse ziekten, zijn geslaagd. Daar heeft hij de juiste toon te pakken.

Qua humor is het soms wat karig. Hij stipt een paar actuele thema’s aan, maar die worden niet snedig of doordacht genoeg behandeld om echt satirisch te zijn. Op andere momenten nijgt hij de absurdistische kant op te gaan, maar maakt het dan weer net niet zot genoeg. Zo kabbelt het geheel een beetje voort en lijkt het te hinken op te veel en te korte benen.