Vorige week betrapte ik mezelf erop dat ik iemand vertelde dat ik naar De Marathon ging. Dat moest natuurlijk All Stars zijn. De voorstellingen hebben dan ook veel met elkaar gemeen: een groot deel van de makers, een verhaal over een groep mannen in pakjes met een vage sponsor erop, de doelgroep (diezelfde mannen) en natuurlijk: sport. Het resultaat is wederom een aardige musical, maar niet een die je wegblaast.

All Stars de musical gaat over de leden van een voetbalteam die ieder hun eigen perikelen hebben. De een is meer geïnteresseerd in vrouwen dan in zijn zwangere vriendin, de ander meer in voetbal dan in zijn gezin, weer een ander is werkloos met een zieke vader en een vierde is verliefd.

Echt grootscheepse problemen hebben zij niet, en hun verhaallijntjes kabbelen vooral in de eerste akte rustig voort zonder dat het meteen duidelijk wordt welk en wiens verhaal er precies verteld wordt en waar het heen gaat. Er is vooral veel ruimte voor grove grappen, zwaaiende piemels en kleedkamerpraat – precies wat je verwacht bij een voetbalmusical.

De uitzondering hierop is Bram (innemend gespeeld door Alex Hendrickx), die een groot geheim met zich mee blijkt te dragen. Zijn verhaallijn is het meest interessant en maakt de grootste ontwikkeling door. Het lied (van David Middelhoff en Thomas Acda) waarin hij zijn geliefde bezingt, die in een Billy Elliot-esque dans om hem heen beweegt, is het mooiste moment uit de voorstelling – je begrijpt volledig wat Bram in die schitterende, atletische figuur ziet.

Veel minder indruk maakt het lied dat je als grote hit van de voorstelling zou verwachten, ‘Toen ik je zag’. Dit mooie nummer dat Guus Meeuwis en Jan-Willem Rozenboom voor de film schreven, wordt opgevoerd als caféoptreden van Hero (Jim Bakkum) dat deel uitmaakt van de plot. Omdat er weinig bekend is over de vrouw die Hero toezingt in het lied en over wat zij zo in hem raakt (behalve dat ze hem doet stotteren), ontbeert het lied emotionele impact. ‘Toen ik je zag’ wordt daardoor niet de apotheose à la Ciske de Rat’s ‘Krijg toch allemaal de kolere’ waar je toch een beetje op gehoopt had.

Er zitten weliswaar erg leuke scènes in All Stars de musical, zoals de grappige Whatsapp-gesprekken tussen de voetbalvrouwen en de vlammende ruzies tussen Willem (Mike Weerts) en zijn vrouw Anja (Sarah Janneh). Ook de choreografieën van Daan Wijnands vallen op; net als in De Marathon weet hij met vrij simpele, alledaagse bewegingen energieke dansen te presenteren. Zo wordt de warming-up voor het voetballen een opzwepend stukje met veel voetgetrappel dat haast wat wegheeft van tapdans.

Hoewel All Stars de musical vermakelijk is, mist er toch een beetje een moraal. Het is dan ook jammer dat het verhaal van de man die homo blijkt te zijn te weinig wordt uitgewerkt aan het einde. Veel ruimte om kwetsbaar over zijn onthulling te doen is er helaas niet – er wordt snel een grap van gemaakt en de homo moet in roze pakje met in glitterletters ‘Foei’ erop en sokken met dierenprint meevoetballen met de vrouwen. Dat heeft iets gedateerds.

Wat overblijft is een verhaal over vriendschap van een voetbalteam. Dat is niet wereldschokkend, wel prima.

Foto: Tom Sebus