Theatermaker/performer Gavin-Viano staat in zijn theaterconcert Able to fuck love op het podium met een strijkkwartet en een pianist. Zijn op soul en R&B geïnspireerde zangstijl vormt een prikkelend contrast met de klassieke instrumenten, en zijn kwetsbare zoektocht naar romantiek ontroert.

Hoewel er in het jonge oeuvre van regisseur en performer Gavin-Viano zeker rode draden te ontdekken zijn (zo speelt muziek altijd een belangrijke rol, en focust de theatermaker uitsluitend op zwarte hoofdpersonages), maakt vooral de gevarieerdheid van zijn werk indruk. Waar hij in Melanine ten strengste verboden putte uit de vorm van een vroeg-twintigste-eeuwse minstrel show, toonde hij in zijn afstudeervoorstelling A plastic state in mind dat hij ook met traditioneel teksttheater uit de voeten kan (met de toevoeging dat Gavin-Viano het stuk vanwege de muzikale omlijsting sterk naar zijn eigen hand zette).

Zijn nieuwe creatie Able to fuck love neemt dan weer de vorm aan van een theatraal concert. Gavin-Viano (ontbloot bovenlijf, brede glimlach, los zittende broek) staat continu in contact met het publiek en wisselt gevoelige songs af met geestige bespiegelingen over zijn liefdes- en seksleven. Hij toont zich een ontwapenende verteller: vol zelfrelativering vertelt hij over zijn zoektocht naar de ware liefde te midden van een bij elkaar geswipete verzameling van one-night-stands, met als hoogtepunt een hilarische theatralisering van zijn datingprofiel.

Maar het is de muziek die Able to fuck love tot grote hoogtes tilt. Gavin-Viano’s zangstijl put uit gospel, soul en R&B, en zijn indrukwekkende, honingzoete stem overrompelt. De muzikale begeleiding van het strijkkwartet Eurasia Quartet en pianist/componist Joachim Henriëtta gaat een interessant duet aan met de zanger: het is prikkelend hoe de zeemzoete R&B een huwelijk sluit met de al even romantische klassieke instrumenten.

Het is dan ook de onbeschaamde overgave aan de romantiek die Able to fuck love (in tegenstelling tot de ruige titel) zo bijzonder maakt: het plezier van seksuele vrijheid en de aantrekkingskracht van een opvallend traditioneel, christelijk ideaalbeeld van huisje-boompje-beestje strijden in Gavin-Viano om voorrang, en dat is zonder meer ontroerend.

De voorstelling voelt wel nog een beetje aan de korte kant. De inclusie van het al eerder uitgebrachte Don’t shoot, over politiegeweld en institutioneel racisme, is ook niet sterk: het doorbreekt de tot dan toe zeer consequente focus op de datingthematiek zonder dat er een fatsoenlijke link wordt gelegd. Dat neemt echter niet weg dat Able to fuck love een bijzonder indrukwekkende toevoeging is aan Gavin-Viano’s nu al zo rijke oeuvre.

Foto: Diederick Bulstra