Nu theaters na twee onrustige coronajaren de deuren weer hebben geopend, kunnen we voorzichtig vooruitkijken. Dat doen we in ‘Zorg & hoop na corona’ met uiteenlopende theaterwerkers voor en achter de schermen. Met vandaag: danser Samuel van der Veer, die sinds dit jaar onderdeel uitmaakt van NDT2.

Zorg: ‘Soms vrees ik dat de persoonlijke theaterervaring aan belang moet inleveren door de komst van livestreams.’
Mijn eerste performance-ervaring bij NDT was een livestream. Veel van mijn opkomsten waren heel snel, waarbij ik het toneel op kwam rennen. Dit seizoen mag ik dat doen voor een zaal die is gevuld met publiek in plaats van met camera’s en technici. Het is nu pas dat ik de energie ervaar van een groep mensen die de blik op het toneel heeft gericht. Naast dat dat mij als danser veel energie geeft, kan ik die energie vanuit het publiek ook lezen: valt het goed of niet, maakt het nerveus. Soms zijn wij op zoek naar een manier om te provoceren in onze dans, om uit te dagen, en dat effect kun je niet toetsen als er alleen maar camera’s staan. Met het publiek in de zaal krijg je direct feedback.

Tegelijk zie ik ook kansen. Deze maand gaan we in première met de voorstelling Sudden and Suspended, waarvan de eerste drie optredens ook een livestream worden. Daardoor kunnen we naast onze Nederlandse tour mensen over de hele wereld bereiken. We zijn een heel erg ambitieus tourgezelschap, maar daar kunnen we natuurlijk niet tegenop reizen.

Het bekijken van een livestream is ook een stuk laagdrempeliger dan een voorstelling bezoeken. Ik hoop dat de livestreams bij nieuwe kijkers voldoende nieuwsgierigheid en interesse wekken en zo vervolgens uitnodigen en aanmoedigen om een voorstelling in het echt te komen bezoeken.

De livestreams zijn in de afgelopen periode een stuk professioneler geworden. Er wordt bijvoorbeeld op gerepeteerd en er is sprake van een bepaalde regie betreffende het in beeld brengen van de choreografie, vervolgens wordt er ook nog geëdit vanuit een artistiek oogpunt. Ik heb dus eigenlijk hele goede hoop voor deze zorg.

Hoop: ‘De weerbaarheid die we als dansers hebben getoond moeten we koesteren voor de toekomst.’
Tijdens het creatieproces van een voorstelling hebben we te maken met hele kostbare tijd. Soms hebben we zelfs maar twee of drie weken met een choreograaf in de voorbereidingsperiode. Waar men voorheen misschien een offer bracht door naar werk te komen ondanks dat iemand zich niet lekker voelde, is dat nu eerder andersom. Je wil niet riskeren dat de hele groep in quarantaine moet in de periode dat de choreografen er zijn.

Ondanks alle voorzorgsmaatregelen konden wij dat tijdens het creatieproces van komend seizoen helaas niet voorkomen. Dat was natuurlijk ontzettend vervelend, maar juist op dat punt heb ik gezien hoe goed wij ons kunnen aanpassen.

Gedurende de quarantaine werkten we door via zoom, wat eigenlijk best een luxe was. We hebben van de mogelijkheid gebruik gemaakt om dans vanuit een andere kant te benaderen, het ging bijvoorbeeld veel meer over postuur of bepaalde gestes dan om de daadwerkelijke dans. We konden ons richten op de subtiele details die bijdragen aan het eigen maken van de dans. Er was ook veel meer ruimte voor een karakterstudie van het stuk en de rol.

Deze periode bracht mij onverwachts iets interessants. Omdat over zoom alle informatie voornamelijk verbaal werd overgedragen, moesten we leren de juiste woorden te vinden. Dit creëerde voor mij een diepere laag van begrip van mijn bewegingen. Door het ontbreken van een fysiek gedeelde ruimte heb ik als danser geleerd om met woorden de dans te benaderen en internaliseren.

Foto: Rahi Rezvani