Vrijdag was het dan zover. Terwijl het coronavirus dagelijks tienduizenden (her)besmettingen opeist, zijn vrijwel alle beschermingsmaatregelen in de theaters opgeheven. Er kan langer gespeeld worden, de mondkapjes verdwijnen en men kan weer in een volle zaal zitten. Vanaf volgende week is ook het coronatoegangsbewijs zo goed als verleden tijd.

Ondertussen heerst er een vreemd soort euforie in een sector die zo gebrand was op veiligheid. Twee jaar lang hebben theaters creatieve oplossingen bedacht om besmettingen te voorkomen, en met succes. Maar nu het kabinet groen licht geeft, lijken de meeste voorzorgsmaatregelen zonder kritiek van tafel geveegd te worden. We vertrouwen dezelfde politici die keer op keer hun onkunde hebben bewezen in het bestrijden van deze pandemie, zolang we ons maar weer in februari 2020 kunnen wanen. We kopiëren daarmee hun neoliberale logica: het teruggaan naar business as usual weegt zwaarder dan het riskeren van chronische ziekte en uitsluiting van risicogroepen.

Want dat is de realiteit van een toekomst zonder bescherming. COVID-19 is een virus dat verschillende organen beschadigt en waar naar schatting 1 op 5 geïnfecteerden langdurig ziek van zal worden. Er is een grotere kans op hart- en vaatziekten en een mogelijk verband met het ontwikkelen van de ziektes van Alzheimer en Parkinson. De Omicron-variant mag dan tot minder IC-opnames leiden, er is nog steeds alle reden om infecties te vermijden.

En wat voor zeggingskracht hebben theaters nog als ze te gevaarlijk worden voor mensen met een kwetsbare gezondheid? Hoe kan je met droge ogen beweren theater voor iedereen te maken als je weet dat mensen met een handicap, ouderen en chronisch zieken het risico niet kunnen nemen om in een volle zaal zonder mondkapjes of testbewijzen te zitten of spelen? Hoe kunnen we zeggen dat kunst ‘zuurstof voor de ziel’ is als we de letterlijke zuurstof van anderen ontnemen? De hashtag #GeenDorHout op Twitter laat zien hoe groot en divers de groep kwetsbaren is en hoe mensonterend dit regeringsbeleid voor hen is. Velen van hen zitten noodgedwongen jaren in isolatie zonder vooruitzicht. In een artikel op OneWorld maakt Xandra Koster een pijnlijke constatering: de versoepelingen onderstrepen dat gehandicapten voor dit kabinet er niet toe doen. De theatersector moet daar niet in mee gaan.

Het opheffen van beschermende maatregelen berust op validisme. Degenen die zich veilig wanen kunnen weer de zalen in, terwijl mensen met een kwetsbare gezondheid in de steek worden gelaten door een sector die zich graag als ‘inclusief’ profileert. De theatersector kan ervoor kiezen om de dorrehoutpolitiek van Rutte IV te volgen en doen alsof de pandemie voorbij is. Of het kan breken met dit beleid en een plan ontwikkelen waarmee iedereen toegang krijgt en veilig kan blijven.

Ik geloof niet dat hier geen verbeeldingskracht voor is. Als theaters kunnen worden omgedoopt tot kapsalons om toch te spelen, dan kan er ook een langetermijnstrategie bedacht worden om veiligheid te waarborgen. Je hoeft niet eens ver te zoeken om te zien hoe het ook anders kan. Op Broadway zijn bezoekers nog steeds verplicht om een vaccinatiebewijs te tonen en een mondkapje in de zaal te dragen, ondanks het opheffen van de mondkapjesplicht in New York. Seoul is in 2020 de enige stad ter wereld geweest waar The Phantom of the Opera maandenlang voor volle zalen door kon spelen door onder anderen lichaamstemperatuur te controleren en mondkapjes te verplichten.

Het probleem is niet dat het niet kan, het probleem is dat de wil ontbreekt. De VSCD pleit voor het afschaffen van zelfs de resterende maatregelen en komt met de wonderlijke redenering dat coronatoegangsbewijzen overbodig zijn omdat de 1,5-meter-regel komt te vervallen. De Taskforce Culturele en Creatieve Sector lanceerde in januari een openingsplan voor de toen nog gesloten theaters, maar het is de vraag hoe serieus ze zijn over veiligheid. Als reactie op de willekeurige grens van 500 personen voor 1G pleit de Taskforce niet voor een negatieve coronatest voor alle voorstellingen, maar voor het zo snel mogelijk loslaten van 1G. Het is tekenend dat men eerder protesteert tegen beperkingen dan lobbyt voor betere alternatieven om bezoekers veilig te houden. Er wordt liever teruggegaan naar een ‘normaal’ voor een selecte groep dan na te denken over een toekomst waarin open ook echt open is, ook voor risicogroepen.

Een nieuwe generatie is duidelijk over die toekomst. We accepteren geen toekomst waarin antiracisme geen kernwaarde is en grensoverschrijdend gedrag niet aangepakt wordt. Dan kunnen we ook geen toekomst accepteren waarin validisme genormaliseerd wordt. De beslissingen die nu worden gemaakt bepalen of theater in Nederland in de komende jaren nog een geloofwaardige spiegel van de samenleving kan zijn.

Foto: We want it all van ICK, Alwin Poiana