Wat heeft een criticus nodig? Onder deze titel hield Theaterkrant op 4 februari een middag rond vakontwikkeling en intervisie voor theater- en danscritici. Marijn Lems (criticus bij Theaterkrant en NRC) en Kimberley Smit (coach (On)Gehoorde Theaterkritiek namens The Need for Legacy) modereerden de middag, waarvoor een groep van ongeveer dertig critici bij elkaar kwam in Theater de Richel.
Het Nederlands Theaterfestival en Theaterkrant organiseerden de afgelopen drie jaar drie edities van een talentontwikkeltraject gericht op schrijvers van kleur, (On)gehoorde Theaterkritiek. De poule van critici in Nederland was te wit en eurocentrisch ingesteld, maar de weg naar het vak van criticus bleek onvindbaar, of eenmaal gevonden, vol obstakels voor BIPOC aspirant-schrijvers. (On)gehoorde Theaterkritiek, dat ook in september 2025 wordt georganiseerd, biedt gezamenlijke bijeenkomsten, coaching, voorstellingsbezoeken tijdens het festival, schrijfoefeningen en interactie met Theaterkrant specifiek voor schrijvers met een ondervertegenwoordigde achtergrond.

Emilie van Heydoorn was mede-initiatiefnemer van en deelnemer aan de eerste editie. Samen met Maya Reus, deelnemer aan de derde editie, deelde zij haar belangrijkste ervaringen. Tijdens die eerste editie draaide alles om de eigen visie op de maatschappij als uitgangspunt voor het schrijven. Er was alle ruimte voor het bespreken van de voorstellingen én de manier waarop daarover werd geschreven door overwegend witte theaterjournalisten. En zich te oefenen in wat zij hieraan toe te voegen hebben. Reus benadrukte dat een traject waarin ruimte wordt gemaakt voor ongehoorde stemmen juist ook van belang is voor critici die al even actief zijn, als bewustwording van belangrijke hiaten in het veld en de (taal)gevoeligheden. Beiden zijn gaan schrijven voor Theaterkrant.
Ook werd deze middag het zogenaamde ‘buddytraject’ afgesloten, een mede door Marijn Lems opgezet systeem voor intervisie tussen critici. Zoals moderator Kimberley Smit memoreerde in haar openingswoord, is het vak van criticus een solistische bezigheid. Er schuilt ook een zekere kwetsbaarheid in; na de voorstelling neemt de schrijver diens gedachten en indrukken mee naar huis en verwerkt die doorgaans alleen, in eigen huis, in een journalistieke beschrijving, kritische analyse en een oordeel en dat wordt gepubliceerd. Met name in het verwoorden van een weloverwogen oordeel gaat voor critici veel energie zitten.

Tijdens het tweejarige buddytraject bezochten critici die dat wilden maandelijks in tweetallen een voorstelling, bespraken die en gaven feedback op elkaars recensietekst. Pas na verwerking daarvan werd de tekst klaargemaakt voor publicatie. Tussentijds zijn er enkele bijeenkomsten geweest waar critici met elkaar konden kennismaken en de bevindingen uit hun traject met elkaar hebben gedeeld.
Kester Freriks en Karima Aissaoui deelden hun ervaringen met het traject. Aissaoui vond het mooi dat de uitwisseling een aanvulling geeft op de eigen analyse en het oordeel. De gesprekken met haar collega typeerde ze als interessante sparringsessies. Mede dankzij deze gesprekken had zij niet het gevoel dat ze een meer ervaren collega geen goede feedback kon geven. Wel had ze graag wat meer gezamenlijke richtlijnen besproken voor het geven van feedback op de tekst van een collega; hoe kan de schrijver diens persoonlijke, onbevangen blik en stijl bewaken en toch een intervisievoorstel overnemen?

Freriks stamt nog uit de tijd dat ook freelancers een bureau hadden op de krantenredactie en daar hun recensies schreven. Hij herinnert zich levendige debatten tussen de redactieleden over voorstellingen, die toen nog vaak door meerdere collega’s waren gezien omdat het aantal voorstellingen per seizoen kleiner was.
Zijn verhaal gaf het startschot voor een bredere discussie met de collega’s in de zaal over wat critici nodig hebben. Er is een breed gedragen behoefte aan uitwisseling, ook over wat een kritiek is en kan zijn. Onderling zoeken collega-critici elkaar soms wel op, maar juist het meer gestructureerde gesprek, zoals de twee initiatieven die deze middag zijn besproken en het plenaire gesprek draagt voor veel collega’s bij aan verdieping van het vak.
Lees hier meer over onze visie op theaterkritiek.
Foto’s: Nena Bergs