Regisseur en acteur Peter Oosthoek is op 81-jarige leeftijd overleden. Hij acteerde bij de Nederlandse Comedie en Toneelgroep Studio, was artistiek leider van Toneelgroep Centrum en acteerde later bij Toneelgroep Amsterdam. Hij is van grote waarde geweest voor de opvoering van nieuw Nederlands repertoire.
Oosthoek (Utrecht, 1934) volgde als eerste zowel de acteurs- als de regieopleiding aan de Amsterdamse Toneelschool en ontving bij zijn afstuderen in 1959 de Top Naeff Prijs, een aanmoedingsprijs voor veelbelovende studenten. Na zijn studie begon hij als acteur bij de Nederlandse Comedie, waar hij vooral klassieke rollen van Joost van den Vondel, William Shakespeare en Tennessee Williams speelde. Na drie jaar stapte hij over naar Toneelgroep Studio, waar hij tot 1965 zou blijven. Hier begon hij in 1961 met het regisseren van Nederlandse toneelteksten, onder anderen met Ko van Dijk.
Van 1965 tot 1987 was Oosthoek artistiek leider van Toneelgroep Centrum, dat in 1987 met het Publiekstheater fuseerde tot Toneelgroep Amsterdam. Bij Centrum ontwikkelde hij zich tot een van de belangrijke theatermakers van zijn tijd en gaf hij het nieuwe Nederlands repertoire een sterke impuls met opvoeringen van onder andere Gered (1968) en De smalle weg naar het Hoge Noorden van Edward Bond en Kees de Jongen (1970) van Gerben Hellinga, naar Theo Thijssen. Schrijvers als Bond werden door Oosthoek voor het eerst naar Nederland gehaald, net als de Hongaars-Oostenrijkse schrijver George Tabori. Van zijn hand regisseerde Oosthoek De kannibalen met Han Bentz van den Berg in de hoofdrol.
Bij Toneelgroep Amsterdam werkte Oosthoek tot 1999 voornamelijk als acteur. Na zijn vertrek bij Toneelgroep Amsterdam bleef hij actief als docent en freelance regisseur. Ook werkte Oosthoek als filmregisseur (zijn filmregiedebuut maakte hij in 1983 met An Bloem) en was hij te zien in televisieseries als Oud Geld en Wilhelmina. In 2009 speelde hij naast Pierre Bokma en Rijk de Gooyer in de film Happy End en in 2012 vertolkte hij de rol van de oude prins Claus in de vierdelige VPRO-serie Beatrix, Oranje onder vuur.
Zijn omvangrijk oeuvre werd meermaals onderscheiden. In 1964 werd Oosthoek bekroond met de Anne Frank-prijs en in 1977 kreeg hij de Albert van Dalsumring (een prestigieuze doorgeefprijs voor acteurs) van Ko van Dijk jr., die hij in 1993 doorgaf aan Pierre Bokma. In 1990 ontving hij de Louis d’Or voor zijn rol in Potestad bij Toneelgroep Amsterdam en kreeg hij de prijs van de kritiek. In 1993 won hij de VSCD Oeuvreprijs.
Peter Oosthoek was getrouwd met actrice Lettie Oosthoek.
Foto: Ben van Duin
Peter was een groots, warmvoelend mens en een fenomenale acteur en regisseur. Met dank denk ik terug aan de gesprekken die hij (het eerste in 1963) met hem mocht voeren. Hij was voor velen, denk ik, een richtsnoer in hun werk, zoals Ton Lutz dat was. Ik treur om zijn dood, hoewel we heel blij mogen zijn dat hij, zo heftig jaren lang kampend met zijn gezondheid, deze leeftijd heeft bereikt!
heb het altijd een groot voorrecht gevonden met peter als regisseur te mogen werken bij enkele van mijn toneelproducties.
na jarenlang aandringen ging hij uiteindelijk ‘overstag’ met ‘de bezoeker’, waarmee ik eric-emanuel schmitt in nederland introduceerde. het werd een gedenkwaardige productie met eric schneider en henk van ulsen in de hoofdrollen.
dat was de eerste samenwerking.
er volgden er meer. waarvoor eeuwige dank. peter weet dit.