Naast diverse steunmaatregelen, zijn er voor de culturele sector ook snelle innovaties nodig om de gevolgen van de coronacrisis te boven te komen. Dat schrijft de Raad voor Cultuur in een brief aan minister Van Engelshoven (OCW). 

‘Een nachtmerrie’ noemt de Raad de huidige situatie voor de sector. De culturele sector zal blijvende veranderingen moeten doorvoeren om zich voor te voorbereiden op verscheidene toekomstscenario’s en de te verwachten economische terugslag. ‘Er is een transitie nodig die de sector weerbaarder en veerkrachtig maakt.’

De Raad stelt voor om in de periode tussen 4 juni en 1 november 2020 met zowel het veld van makers en instellingen, als de stedelijke regio’s en de fondsen over die noodzakelijke transitie in gesprek te gaan. De Raad wil dat bestaande kennis meer gedeeld wordt en innovatiekracht en de bereidheid tot experimenteren nog meer bevorderd wordt.

In de gesprekken over de toekomst wil de Raad inzetten op digitalisering, differentiatie van aanbiedingsvormen en herontwerp van ruimtes en publieksactiviteiten. Ze gaat daarbij uit van drie mogelijke scenario’s: een lockdownscenario, een anderhalvemeterscenario en een scenario ‘van het nieuwe normaal’. De spontane initiatieven en noodoplossingen die door makers zijn bedacht tijdens de huidige lockdown laten volgens de Raad zien dat de sector ‘uitblinkt in innovatiekracht’. Deze initiatieven moeten nu verder worden uitgewerkt en tot de ‘standaarduitrusting’ in de sector gaan behoren.

De Raad adviseert de Minister om de ondersteunende instellingen en instituten te vragen hun creativiteit en expertise voor de transitie in te zetten. Voor digitalisering zou bijvoorbeeld onder leiding van DEN een taskforce kunnen worden opgericht om de hele sector te adviseren en hands-on te helpen.

Volgens planning adviseert de Raad nog steeds op 4 juni aanstaande over de subsidieaanvragen van diverse instellingen voor de culturele Basisinfrastructuur (BIS) de komende vier jaar (vanaf 2021). Zo kan de minister nog dit jaar duidelijkheid geven over de subsidies voor de komende vier jaar. ‘Dat biedt houvast aan deze instellingen.’

In de brief stelt de Raad er ook vanuit te gaan dat de minister haar coulancebeleid voor door het rijk gesubsidieerde instellingen laat doorlopen gedurende heel 2021. Zo krijgen die instellingen een jaar de tijd om hun activiteitenplannen bij te stellen en de nodige innovaties voor te bereiden. Eerder bepleitte de Raad al passende compensatiemaatregelen.