Laten we meer met elkaar delen, en niet bang zijn om ideeën te opperen. Met die oproep begint aanstormend musicalproducent Niels van Doormalen een avondvullende seminar #1EENNIEUWEMUSICAL, waarin hij zijn visie deelt over de toekomst van de musicalsector. De Nederlandse musical van de toekomst, die vertelt actuele verhalen, wordt gemaakt door een divers team, kent een gezonde financiering en wordt gedragen door een nieuwe generatie.

Vanaf 1 oktober 2020 wil Van Doormalen een bijdrage gaan leveren aan het musicalveld. Dan is hij afgestudeerd aan de opleiding Creative Producing for the Musical Stage in Londen. Hij betreedt dan een veld in transitie. De sector heeft een veelbewogen seizoen achter de rug. De vraag of musicals wel of niet gesubsidieerd moeten worden heeft de gemoederen flink beziggehouden. Er wordt hardop nagedacht over een nieuw productiehuis en de roep om nieuwe, meer gewaagde voorstellingen is luider geworden.

In #1EENNIEUWEMUSICAL geeft de ambitieuze Van Doormalen vier kernpunten waar zijn ideale musicalveld van morgen aan voldoet. Ten eerste zouden musicals in Nederland zich nadrukkelijker kunnen ankeren in de actualiteit. Van Doormalen identificeert drie grote thema’s die steeds vaker terugkeren in het publieke debat: postkolonialisme, gender en technologische innovatie. Vietnam, een aankomende musical van Homemade Productions over de geschiedenis van een Vietnamese vluchteling wordt aangehaald als een positief voorbeeld, maar ook een bestaande musical als Waitress wordt genoemd. ‘Hoe post-feministisch is die musical eigenlijk?’, werd hem onlangs gevraagd. Een antwoord krijgen we niet, maar de insteek is duidelijk: de musicalmakers van morgen mogen kritischer kijken naar de verhalen die ze vertellen.

Musicalactrice Kelly van den Boogaard heeft een andere blik op Waitress. De kracht van She Used To Be Mine, het lied dat ze voordraagt, zit voor haar juist in de compositie. Van den Boogaard is een van de performers, regisseurs, schrijvers, componisten, dramaturgen en vertalers die in deze avond een indruk geven van een nieuwe musicalgeneratie. Van Doormalen pleit voor een vruchtbare samenwerking tussen generaties, en een plek voor jong talent om zich verder te ontwikkelen.

Merlijne van Noppen en Victor Marinus laten een voorproefje zien van Vanochtend zaten we nog op zee, een kamermusical die het duo zelf geschreven en gecomponeerd heeft. Met A Kind of Odyssee (‘a musical in molto bad-ass’) gooit musicalacteur, componist en schrijver Job Greuter hoge ogen, en ook Bakkerstraat 2– een poppentheatermusical van theatervormgever Joris van Veldhoven en cabaretier Erik Brey – smaakt naar meer. Schrijver en lyricist Arnoud Breitbarth, met Catch Me al eerder in het CREA Theater te zien, voert nu een Nederlandse vertaling van zijn musical Brothers op. Het zijn allemaal werken die meer ondersteuning en zichtbaarheid verdienen, maar daar nog weinig bewegingsruimte voor hebben. Wat nodig is, onderschrijven Van Noppen, Marinus en Greuter, is een plek om te ontwikkelen.

Ook in de musicalsector zou diversiteit hoog op de agenda moeten staan, betoogt Van Doormalen. Een diverse cast is vanzelfsprekend, maar niet genoeg: in alle lagen van een musicalgezelschap zou gestreefd moeten worden naar inclusiviteit. Op die manier wordt een creatieve werkomgeving, waarin verschillende ideeën naast elkaar kunnen bestaan en uitgewisseld kunnen worden, gestimuleerd. Jeannine la Rose vertelt over The Color Purple, de musical waarin Opus One en de Theateralliantie diversiteit in de musicalsector meer op de kaart wist te brengen. Ze vertelt hoe een carrière als musicalactrice niet was voor te stellen voor de generatie van haar ouders, wat het succes van The Color Purple en een welverdiende Musical Award extra betekenisvol maakt.

Naast actuele thematiek, talentontwikkeling en diversiteit is een gezonde financiering een ijkpunt voor de musical van morgen. Van Doormalen ziet potentie in de mogelijkheid van een revolving fund om risicovolle musicals mee te ondersteunen. Daarnaast is hij geïnspireerd door de samenwerkingen die hij in de laatste jaren gezien heeft. De Theateralliantie is volgens hem een goed voorbeeld van verschillende producenten die de handen ineenslaan om samen nieuwe producties te maken. Maar dat kan volgens Van Doormalen nog verder. Een vrije musicalproducent die in zee gaat met de Nationale Opera? Dat zou zomaar interessante producties op kunnen leveren.

Een uitnodiging tot gesprek, dat is de insteek van #1EENNIEUWEMUSICAL. Daar is Van Doormalen zeker in geslaagd. Het gesprek zelf zet aan tot denken, maar nog belangrijker is de dialoog tussen verschillende partijen en generaties die het tot stand brengt. Een korte paneldiscussie werd live uitgezonden op Facebook, zodat ook de volgers van Musicalworld.nl virtueel deel konden nemen.

Uitgaan van de wensen en potentie van de makers is voor dramaturg Lieke van Hoogenhuyze belangrijker dan een strikte afbakening van musical. Een nieuw productiehuis zou flexibel genoeg moeten zijn om tot verschillende muziektheatervormen te komen. Bas Verberk, raadslid van D66 in Tilburg, wordt nog te weinig bereikt door nieuwe makers, terwijl er genoeg kansen liggen in zijn gemeente. Om een nieuw productiehuis op te richten moet de nieuwe musicalgeneratie meer van zich laten horen. Desnoods door met zijn allen Les Misérables zingen voor het ministerie, aldus een strijdbare Verberk. Zo krijgt deze seminar mogelijk nog een muzikaal vervolg.

Foto: The Color Purple, Neeltje Knaap