De cast van Het Zuiden gaat vanavond niet op. Als gevolg van de coronamaatregelen is de première van de voorstelling van Toneelschuur Producties uitgesteld. In plaats van recensies te publiceren, laat Theaterkrant de komende weken dagelijks een theatermaker aan het woord die op die dag in première zou gaan. Actrice Oda Spelbos: ‘Misschien moeten we een Coronafestival organiseren met voorstellingen die het niet gered hebben.

‘De vader van een van mijn beste vrienden ligt op de intensive care, dan komt het heel dichtbij. Vannacht moesten ze naar het ziekenhuis, maar ze mogen niet de kamer in om eventueel afscheid te nemen – ze staan in de parkeergarage te wachten op nieuws. Dan gaat een voorstelling die niet doorgaat op een heel ander plan, dit is net even wat concreter.

‘De voorstelling is vorige week afgelast. Ik zat net te kijken naar een registratie die we nog hebben gemaakt, en ik moet je eerlijk zeggen dat me de tranen in de ogen schoten toen ik zat te kijken naar Damaris de Jong, die als stagiaire meedoet. Toen dacht ik toch even: dat arme toneel dat toch al zo onder druk staat terwijl we allemaal zo keihard werken, krijgen we deze klap ook nog eens.

‘Er zit een scène in het stuk waar ik niet helemaal uitkwam. Ik had er of te licht of te zwaar over gedacht, en toen duidelijk werd dat het niet doorging bedacht ik hoe ik het moest aanpakken. Er valt dan een spanning weg, een soort druk. Laten we hopen dat het toch nog wel doorgaat, we moeten misschien met zijn allen een Coronafestival organiseren met voorstellingen die het niet gered hebben. Dat je dan gratis speelt?

‘Het is best een lastig stuk, vooral de vrouwenrollen. Je merkt dat de schrijver veel meer in de mannenrollen geïnteresseerd was, die zijn veel gelaagder. Mijn personage is een ontzettende conservatieve plantage-eigenaar vlak voor het uitbreken van de burgeroorlog in de VS, die nogal, eh, pittige dingen zegt over slaven. Er valt best wel een parallel naar het nu te trekken met de xenofobie die overal de kop op steekt, vooral ten opzichte van vluchtelingen. De toon van de rol is komisch, ze is een beetje schalks, en ik vond die insteek nogal gedateerd gezien haar racistische ideeën. Je kan niet iets spelen dat er niet staat, maar je kan er een draai aan geven, ik heb ervoor gekozen die schalksheid van een ondertoon te voorzien waardoor ik als het ware als speler commentaar geef op de rol.

‘Je komt er in zo’n repetitieproces snel achter dat je zelf ook met vooroordelen rondloopt, en dat ik snel in de verdediging schiet als ik daarop word aangesproken, daar hebben we het veel over gehad. In het oorspronkelijke stuk fungeert de slavernij vooral als decor, Olivier (Diepenhorst, de regisseur) was er heel erg op gebrand om daar net iets meer van te maken en ik denk dat dat gelukt is.

‘Ik ben nu het nieuwe boek van Koos Terpstra, Het Eiland, aan het lezen – tussen het herlezen en bijhouden van de tekst van Het Zuiden door (lacht). Koos is zelf een eilander, het is een filosofische roman over hoe het hoofdpersonage is geworden wie hij nu is. Het deed me denken aan de autobiografie van Buñuel: het zit een beetje tussen fictie en autobiografie in en ik vond het buitengewoon mooi geschreven.’

Foto: Repetitie Het Zuiden, Mette Stam