Er kwam een ongemakkelijke vraag voor theaterregisseur Peter Sellars aan het einde van zijn Nexus-lezing, zondagmiddag 13 maart, in de Aula van de Universiteit van Tilburg. Sellars had een hartstochtelijk pleidooi gehouden om ook onze vijanden op te nemen in wat hij ‘a shared place’ noemt, een gemeenschappelijke plek. Iemand die actief is om vluchtelingen te helpen zich in Tilburg te vestigen vroeg wat hij dan aan moest met de vaak zeer heftige tegenstanders van de komst van vluchtelingen. 

Peter Sellars – kasjmier hemd, vijf of zes kralenkettingen, een kuif die nog iets hoger staat dan anders, met nu toch merkbaar wat grijs er in – is voor het eerst even stil, loopt met zijn microfoon naar voren op het podium, haalt adem en zegt ernstig: ‘Ga voor hem staan, kijk hem aan, luister naar hem, probeer te begrijpen wat hij bedoelt en vraag hem dan of jullie elkaar volgende week weer kunnen zien, en dan bij jou thuis, vraag hem te eten. In het openbaar worden standpunten altijd verhevigd, die privé soms gemakkelijk te overbruggen zijn.’

Dit antwoord was volkomen in lijn met zijn geïmproviseerde toespraak die schijnbaar alle kanten uitging, maar waarin hij steeds benadrukte dat het belangrijk is ‘gemeenschappelijke ruimtes’ te creëren, zoals hijzelf probeert met het Boethius Initiative van de UCLA (de University of California in Los Angeles). Dat is genoemd naar de laat-Romeinse filosoof Boethius, die de klassieke filosofie en het christendom met elkaar trachtte te verbinden en die in het jaar 525 op bevel van koning Theodorik de Grote werd geëxecuteerd. De bedoeling is dat wetenschappers, kunstenaars en activisten met elkaar gaan samenwerken om zich met belangrijke vraagstukken bezig te houden, waarbij kunst misschien een nieuwe ingang zou kunnen bieden.

Want, benadrukt Peter Sellars, het moet niet alleen gaan om wetenschappelijke, meetbare, economische kennis, maar ook om het onmeetbare, zoals moed, liefde, edelmoedigheid, intelligentie, intuïtie en verbeelding. Hij gebruikte als voorbeeld de liefde van en voor je grootmoeder, dat is zo’n volkomen onmeetbaar iets, dat toch van het allergrootste belang kan zijn. In de Boeddhistische leer zijn dat: visie, macht, mogelijkheid en vrijheid. Maar vrijheid is een gevaarlijk iets, het vraagt er soms om dat je bereid bent een offer te brengen, zelfs in het vuur te springen, zoals Tibetaanse activisten die zover gaan zichzelf in brand te steken om boven jezelf uit licht te geven aan de wereld (‘Climbing the Razor-Path Mountain and Leaping Into Fire’ was dan ook de titel van zijn lezing).

In de Verenigde Staten wordt onderwijs duur gevonden en er wordt op bezuinigd. Maar, zegt Sellars, de overvolle gevangenissen kosten jaarlijks 250 duizend dollar per persoon, wat betekent dan een drieduizend dollar per persoon per jaar voor onderwijs? Nu staan in de extreem gewelddadige Verenigde Staten groepen tegenover elkaar. Sellars wil coalities vormen, ook met tegenstanders, en samenkomen in gemeenschappelijke ruimtes, zoals theaters, galeries, concertzalen. Het gaat om gelijkheid, in dialoog met je vijand, gelijkheid zoals Haydn en Mozart die hebben ontwikkeld in het strijkkwartet. 

Rob Riemen had vooraf gewaarschuwd dat dit na twintig jaar de afsluiting van een tijdperk in Tilburg zou kunnen zijn. De universiteit gaat niet mee met zijn voorstel om een Internationale Nexus Academie te stichten. Waar zal Nexus dan heen gaan? Elders in Brabant? Amsterdam? Ergens anders in Europa of nog verder weg? Hopelijk zal Nexus waar dan ook kunnen doorgaan met stimulerende en inspirerende gedachtes door te geven.

(Met dank aan Jacqueline Stoop)