De Nationale Opera en Ballet uit Odessa, Oekraïne, komt – in oorlogstijd – naar Nederland. Medio april zingt én danst het staatsensemble Carl Orffs Carmina Burana in een grote bezetting van meer dan 130 musici, zangers en dansers. Een huzarenstuk. De in dit licht navrante boodschap van het werk: het onvoorspelbare lot noopt ons ertoe te genieten van alle tijdelijke geluk en geneugten.

‘Het gaat wat beter vandaag’, zucht dirigent Igor Chernetski aan de telefoon vanuit Odessa. ‘Maar het valt natuurlijk niet mee om dagenlang te moeten leven zonder licht en water, om iedere dag angsten te overwinnen, dagelijks explosies te horen en raketten letterlijk te zien overvliegen. Het lijkt soms een film – maar voor bewoners van Odessa is het bittere en dagelijkse realiteit.’

Toch is er een actief cultureel leven, zo schetst hij de situatie ter plekke. ‘Cultuur is populair, theaters zijn open, concerten en tentoonstellingen worden gehouden. Odessa Opera bracht onlangs de opera Kateryna van Alexander Rodin in première, en er was een première van Odessa Ballet. Voorbereidingen voor aankomende premières zijn aan de gang.’

Midden april komt het gezelschap weer naar Nederland, waar het sinds 2017 met regelmaat al doorheen toerde. Drijvende kracht hierachter is tournee-organisator Gerard Mosterd, ex-ballerino (oa London Festival Ballet) en tegenwoordig ook choreograaf, regisseur en scenograaf. Hij maakte voor de groep eigenhandig een nieuwe versie van de ‘Carmina Burana’. Een plan van nog vóór het uitbreken van de oorlog en de pandemie.

Mosterd bracht tot de pandemie jaarlijks tegen de honderd grootschalige opera- en balletproducties naar schouwburgen in Nederland en Vlaanderen en werkte daarbij vooral met gezelschappen uit Oost-Europese landen. Het handelsmerk van die landen is volgens Mosterd ‘de hoge kwaliteit van klassieke producties’, die hij vervolgens aanpast ‘aan onze Westerse tijd en stijl’. ‘Het accent ligt erg vaak op traditie. Precies daar kom ik om de hoek kijken.’

Bij de Carmina Burana voegde Mosterd een eigen regie, choreografie en scenografie toe. ‘De Carmina is op zichzelf al een spektakelstuk. Het wordt bijna overal concertant uitgevoerd. Maar Orff ontwierp dit werk ook met dans in gedachten. De oorspronkelijke ideeën van Orff wilde ik handhaven, en gebruiken als inspiratiebron. Het resultaat: een choreografie als audiovisuele ervaring volgens het boekje van Orff, een Gesamtkunstwerk waarin disciplines kruisen. De dwingende ritmes en lyrische ontwikkelingen met zijn fraaie klankenrijkdom dagen uit om erop te gaan dansen.’

Hij heeft daarbij beeldelementen uit de stad Odessa gebruikt, zoals de iconische Potjomkin-trappen, ‘enkele meters verwijderd van de schouwburg in Odessa’. Die schouwburg is volgens Mosterd een van de mooiste oude schouwburgen ter wereld. Het oude centrum, waarbinnen de schouwburg zich bevindt, is onlangs uitgeroepen tot UNESCO Werelderfgoed. ‘De eeuwenoude, kosmopolitische havenstad aan de Zwarte Zee, is een strategisch, maar ook cultureel/politiek belangrijke stad’, bezingt Mosterd de historie van de met 1 miljoen inwoners op vier na grootste stad van het land.

Voor dirigent Chernetski betekende Mosterds eigenzinnige aanpak vooral veel extra uren, extra werk, zo bekent hij schoorvoetend. Volgens hem was deze ‘Carmina’ voor het theater als instituut een gewaagde stap. Chernetski: ‘Het inzetten van een moderne choreografie is hier altijd een artistiek experiment. Om theatraliteit aan dit concertwerk te verlenen, is een moeizaam realisatieproces geweest. Maar na de première, trouwens vlak voor het begin van de internationale pandemie, was er ook veel morele voldoening. De voorstelling heeft veel harten in Odessa weten te raken.’

Daarna belandde het gezelschap door de pandemie in zwaar weer en toen moest de oorlog nog komen. ‘De brute en illegale inval van Poetin grijpt mij enorm aan’, zegt Mosterd. ‘Ik heb een band met het land opgebouwd.’ Met deze voorstelling wil hij overbrengen dat het land een enorm cultuurverleden heeft. ‘Honderd jaar geleden was Kiev het middelpunt van de avant-garde. Oekraïne bracht invloedrijke kunstenaars voort: Malevitsj, Tatlin, Nijinksi, Prokofiev, Boelgakov bijvoorbeeld.’

Odessa blijft een speciale plek in zijn hart innemen. ‘De Primorski-boulevard, de Deribasovskaya-straat. Kaviaar uit Astrakhan en verse Georgische granaatappelsap in de Privoz Markt, de Zwarte Zee stranden bij overblijfselen van voorchristelijke Griekse nederzettingen op een plek waar meer dan duizend jaar oude Aziatische en Europese routes elkaar kruisen.’

Hij spreekt de hoop uit dat deze voorstelling bijdraagt aan dat besef. ‘De wilde, grootse Oekraïense natuur en de diversiteit van de bevolking, de rijkdom aan culturele expressie en erfgoed zijn inspirerend en indrukwekkend. Oekraïne is een jonge staat met een enorm potentieel, ook op artistiek gebied.’

‘Tournees zijn nu meer speciaal voor ons geworden’, zegt dirigent Chernetski. ‘We willen graag optreden voor het Nederlandse publiek om te laten zien dat wij tijdens de oorlog blijven creëren, en om dankbaarheid uit te spreken voor de steun aan ons land.’


De Nationale Opera en Ballet van Odessa speelt de ‘Carmina Burana’ van 9 tm 16 april in Nederland. Disclaimer: de schrijver van dit artikel werkt mee aan deze tournee. Foto: Dimitri Skortsov