Afgaande op theatrale inhoud was het aanwijzen van een winnaar van de AKF Sonneveldprijs, onderdeel van het Amsterdams Kleinkunst Festival, maandagavond in De Kleine Komedie simpel. Het studentikoze duo Michel & Tim had wat geestige sketches en veel flauwe grappen en kopieerde opzichtig De Partizanen, zonder ook maar ergens in de buurt te komen van dat niveau. Glodi Lugungu vertelde zijn innemende verhalen wandelend op een constant fel verlicht podium. Bleef over: Selma Visscher, een frêle, kwetsbaar en eigenzinnig theatermaker. Begeleid door haar broer, een uitstekend pianist en accordeonist.

Maar jureren is nooit simpel. Juryvoorzitter Pietie van Veen haalde in haar beschouwing diverse wetenschappelijk onderzoeken aan die uitwijzen dat ‘humor de hoogste vorm van intelligentie is.’ En humor was het enige ingrediënt dat bij Visschers toch behoorlijk intelligente voorstelling Wat valt er te winnen nagenoeg ontbrak. Sarcasme, volgens een ander onderzoek ‘een teken van genialiteit’, zat, voor de goede verstaander, wel in een aantal van haar liedjes. Zoals die over de verdronken bootvluchtelingen die ook aan de hemelpoort worden tegengehouden, om dezelfde redenen als wij die hanteren.

Maar ja, een kleinkunstprogramma heeft ook lucht en dynamiek nodig om de aandacht te kunnen vasthouden. Het juryrapport sprak van een poëtisch sterk programma, met memorabele zinnen, met een gedurfd en verfijnd concept. ‘Een technisch perfect optreden, waarin het tempo te laag was en de dynamiek ook.’ Perfect blijkt een rekbaar begrip, ook in jurykringen.

Dus dan ben je artistiek de meest interessante, maar zie je Glodi Lugungu uit Dommelen, geboren in Congo, met zowel de jury- als de publieksprijs naar huis gaan. Terecht, op basis van deze finale-avond. Lugungu kun je een stand-up comedian noemen, maar dat dekt de lading niet echt. Hij heeft niet meer nodig dan zijn slungelige loopje, een charmante lach, wat naïeve verbazing, enkele verontschuldigende gebaren en pure verhalen om de zaal en de jury om de vinger te winden. Verhalen die – zoals bij stand-uppers – niet gericht zijn op de grap, maar die in een aantal gevallen uitermate geestig zijn.

Vooral die over het gezin waarin hij opgroeide, met acht broers en zusters en waar het ‘deurtrekken’ een gezinssport was: als iemand op de wc zat – en dat was dus altijd wel een van de elf – en vergat de deur op slot te doen, werd de deur opengetrokken, en probeerde de toiletzitter deze weer dicht te trekken. Lugungu weet er een hilarisch en absurd verhaal van te brouwen. ‘Een klassieker in de dop’, vond de jury, die de Brabander ‘een genot om naar te kijken en te luisteren’ vond. En het publiek was het daar mee eens.

De vraag die na zo’n avond blijft hangen is wel: heeft de uiteindelijke winnaar net zoveel potentie en inhoud als Selma Visscher om de komende jaren een mooie theatercarrière op te bouwen?

Foto: Jaap Reedijk