De door de cultuursector gevraagde verlenging van de subsidieperiode 2021-2024 gaat niet door. Dat schrijft staatssecretaris Uslu van cultuur aan de Tweede Kamer. Wel belooft Uslu een ‘relatief eenvoudige aanvraagronde‘ en een toekomstige herziening van het cultuurbestel. De voorwaarden voor de komende aanvraagronde blijven grotendeels hetzelfde.

De cultuursector en de Kamer hadden gevraagd een verlenging te verkennen van de subsidieperiode voor de Culturele Basisinfrastructuur (BIS). Ook de Raad voor Cultuur had zich er in een aantal adviezen over uitgesproken, zoals in het advies ‘Beweging in het bestel’. De staatssecretaris kiest er echter voor om de zogenaamde cultuurnotaperiode niet te verlengen. Er komt voor de periode 2025-2028 een nieuwe aanvraagronde. 

Uslu belooft wel voor de komende periode te kijken hoe de administratieve lasten omlaag kunnen en gaat daarover in gesprek met de Raad voor Cultuur en de Rijkscultuurfondsen. Verder wordt de procedure op dezelfde manier ingericht als die van 2021-2024. Er komen geen andere functies bij en er worden geen bestaande functies geschrapt. Ook de extra plekken (de zogenaamde B-lijst) die op basis van de toenmalige Kamerbehandeling alsnog voor vier jaar zijn gesubsidieerd, blijven behouden. De eerdere verruiming van het beschikbare budget van 25 miljoen euro per jaar, zal dus ook in de periode 2025 – 2028 gelden.

Door geen wijzigingen aan te brengen in de opzet van de BIS, wil Uslu het de instellingen ‘zo makkelijk mogelijk maken’. Volgens de staatssecretaris heeft de sector nu grote behoefte aan rust, om weer verder te kunnen na corona. Ook zegt de staatssecretaris dat ze bij verlenging op juridische grenzen stuitte. Ze wijst onder meer op ‘het principe van gelijke toegang tot het (schaarse) goed van overheidssubsidies voor alle aanvragers’. Daarnaast heeft een aantal medesubsidiërende overheden aangegeven niet aan te kunnen sluiten bij een verlenging van de subsidieperiode.

Uslu is wel van mening dat het huidige cultuurbestel niet meer goed aansluit bij de huidige ontwikkelingen in de sector. Daarom wil ze het bestel ‘kritisch tegen het licht houden, verbeteren en klaarmaken voor de toekomst’. Aandachtspunten zijn onder meer een betere samenwerking tussen de verschillende overheden en een betere aansluiting bij een nieuwe generatie makers, die vaak minder en losser georganiseerd is. Ook de ‘verwaterde afbakening’ tussen de BIS en de fondsen wil Uslu onderzoeken.

De Raad voor Cultuur heeft in zijn advies ‘Beweging in het bestel’ de hoofduitdagingen voor het bestel geschetst. De staatssecretaris vraagt de Raad die verder te concretiseren en hierover uiterlijk in het najaar van 2023 te adviseren.

Foto: Ben van Duin, The Great Escape van Golden Palace