Een collectief van werknemers en studenten uit de culturele sector bezet sinds zaterdag de Muntschouwburg in Brussel. De actievoerders delen aan voorbijgangers hun manifest ‘Bezet La Monnaie occupée’ uit, waarin ze onder meer pleiten voor een heropening van de culturele sector voor publiek, een aanvullende financiering van de sector na de coronaperiode en een verbetering van het statuut van werknemers.

Het operahuis schrijft vandaag op zijn website begrip te hebben voor de actie en de eisen uit het manifest te steunen, ‘ook al kiezen we zelf voor een andere benadering’. Het theater probeert de actie nu vooral zo gecontroleerd en coronaproof mogelijk te laten verlopen en voert daarvoor uitvoerig overleg met de manifestanten. Na het voorleggen van een negatieve coronatest, hebben tien actievoerders toelating gekregen om in de inkomhal van het operahuis te slapen.

Voor de actievoerders is De Munt een belangrijke symbolische plek. De schouwburg is niet alleen een gebouw van de Belgische federale regering, die de gezondheidscrisis leidt. In De Munt begon in 1830 ook de Belgische revolutie, na een opvoering van De stomme van Portici. 

Eerder werd in Brussel ook al het nabijgelegen Théâtre National, het grootste Franstalige theater van België, bezet, in navolging van meer dan honderd theaters in Frankrijk. Wat in Frankrijk begon als een strijd om de theaters te heropenen, veranderde in een strijd tegen het sociale beleid van de regering-Macron. De bezettingen worden gedragen door een steeds bonter gezelschap, met naast kunstenaars ook studenten, werklozen, horeca-uitbaters, vrijwilligers van migrantenorganisaties en ‘gele hesjes’.

Ook in Brussel heeft de bezetting een breder karakter. Naast artistieke uitvoeringen, laten de actievoerders elke dag om 17.00 uur op het voorplein van De Munt de verhalen horen ‘van degenen die als niet-essentieel worden beschouwd, van degenen die door overheidsmaatregelen nog onzekerder worden gemaakt. Dat wil zeggen, en in willekeurige volgorde: studenten – horeca – gezondheidszorg – de wereld van het nachtleven – mensen die verontwaardigd uit hun huis zijn gezet – mensen die het slachtoffer zijn van politiegeweld – migranten zonder papieren – sekswerkers… De lijst is lang, zoals u zich kunt voorstellen.’

De frustratie in de Belgische cultuursector loopt op. De Koninklijke Vlaamse Schouwburg (KVS) in Brussel liet gisteren weten  op maandag 26 april de deuren te openen. Ook als dat niet mag. Het theater heeft de voorstelling ‘Jonathan’ van Bruno Vanden Broecke en Valentijn Dhaenens geprogrammeerd, vijf avonden op een rij voor 50 mensen per keer. De KVS verwijst in een mededeling op zijn website naar volle parken, pleinen en treinen. ‘Het is wraakroepend: na een jaar pandemie zijn we er als maatschappij nog altijd niet in geslaagd te organiseren wat veilig georganiseerd kan worden.’

Foto: la monnaie occupee