Het bezoek aan Nederlandse schouwburgen en concertgebouwen is licht gedaald. In 2015 werden er nog 10,4 miljoen bezoeken gerealiseerd, in 2016 waren dat er 10 miljoen. De omzet van de podia daarentegen is gestegen, net als het aantal medewerkers. Dat blijkt uit cijfers die de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD) vandaag publiceert. 

De totale omzet van de podia die bij de belangenorganisatie VSCD zijn aangesloten groeide het voorbije jaar van € 522.000.000 naar  € 523.000.000. Deze stijging is vooral toe te schrijven aan toegenomen verhuur- en horeca-activiteiten. Het aantal geprogrammeerde voorstellingen en concerten (totaal 27.975) is gelijk gebleven ten opzicht van 2015. Maar zij genereren slechts 78% van de inkomsten.

‘De cijfers tonen aan dat de schouwburgen en concertgebouwen ondernemender worden geleid en intensiever worden gebruikt’, reageert VSCD-directeur Hedwig Verhoeven. ‘Steeds meer theaters zijn langer geopend en vervullen meerdere functies naast de theaterfunctie.’

Het aantal mensen dat voor de VSCD-podia werkt, is ten opzichte van 2015 gestegen met 6,5% naar 14.178 personen. Opvallend is de stijging in het aantal ingehuurde flexibele krachten (+ 10,5%). Het aantal mensen in loondienst is licht gedaald. De trend dat de podia meer vrijwilligers betrekken bij hun organisatie zet zich door (+ 14,1%).

Het genre Populaire muziek heeft net als voorgaande jaren het grootste aandeel in het aanbod met 18,5% (5.165 voorstellingen), gevolgd door Toneel (16,5%) en Cabaret & kleinkunst (16%), Musical en operette (7%) en Dans en beweging (4%) en Muziektheater (4%).