Actrice, docente en regisseur Dora van der Groen is op 8 november op 88-jarige leeftijd overleden. De Antwerpse speelde vele rollen op toneel, televisie en in films. Jarenlang leidde ze de toneelopleiding aan het conservatorium in Antwerpen, waar ze een grote generatie acteurs heeft opgeleid.

Van der Groen begon in 1946 met studeren bij Herman Teirlinck, bij de Studio van het Nationaal Toneel in Antwerpen. Na haar afstuderen in 1949 begon ze haar acteercarrière bij de Antwerpse Koninklijke Nederlandse Schouwburg (KNS). Ze trouwde met Tone Brulin en was vanaf 1951 te zien bij zijn nieuw opgerichte gezelschap Theater op Zolder, dat zij in 1953 samen omvormden tot het Nederlands Kamertoneel, een laboratorium voor jonge makers op zoek naar vernieuwende speelstijlen.

In 1955 maakte ze haar filmdebuut met Meeuwen sterven in de haven van Roland Verhavert. Eind jaren vijftig speelde ze talloze hoofdrollen bij de KNS in Antwerpen en de Koninklijke Vlaamse Schouwburg (KVS) in Brussel. De film Pauline en Paulette van Lieven Debrauwers uit 2001 bezorgde haar grote bekendheid in Vlaanderen.

In de jaren zestig stopte ze na een echtscheiding en de komst van een derde kind met toneelspelen. Ze wendde zich tot het opnemen van hoorspelen voor de Belgische radio en richtte zich op acteren voor televisie. Af en toe keerde ze terug naar het toneel, onder andere met de opera Mistero Bufero (1972).

Ze is van onschatbare waarde voor het Vlaams en Nederlands toneel geweest als docente en artistiek leider van de toneelafdeling van het Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium in Antwerpen, waar ze van 1978 tot 2009 werkte. Onder anderen Johan Van Assche, Lucas Vandervost en Luk Perceval waren haar studenten. Op de opleiding legde ze de nadruk op ‘de vijf P’s’: persoonlijkheid, poëzie, plezier, pijn en perversie en ‘daarover een immense, grote strik: humor’.

In 1991 begon Van der Groen een carrière als regisseur bij Het Zuidelijk Toneel, waar Ivo van Hove op dat moment de leiding had. Ze regisseerde er onder meer Thyestes van Hugo Claus, Abele spelen, Decadence en Phaedra, haar lijf jeukt. In 2000 moest haar toneelopleiding fuseren met Studio Herman Teirlinck, op dat moment geleid door Jan Decleir. Hieruit kwam het Herman Teirlinck Instituut voort, waar Van der Groen nog tot 2009 les gaf.

In 2009 ontving ze het ereteken van de Commandeur in de Kroonorde en in 2010 werd ze op haar laatste publieke optreden geëerd met de artistieke titel Maestro Honoris Causa – de eerste keer dat een niet-musicus de onderscheiding kreeg.

De laatste jaren verbleef Van der Groen in een woonproject voor mensen met dementieverschijnselen. Ze was getrouwd met acteur Tone Brulin en later met Wies Andersen. Ze had drie kinderen: Brick de Bois, Steven Van den Eynde en Maarten Van den Eynde.

Foto: GVA