10 Amsterdamse cultuurinstellingen worden ontheven van de maximale publieksgrootte van dertig man. Daartoe behoren de theaters ITA, De Kleine Komedie, Carré, Nationale Opera & Ballet, DeLaMar en De Meervaart. Zij mogen vanaf vandaag tot in ieder geval 19 oktober maximaal 250 bezoekers ontvangen, mits ze zich houden aan de bestaande RIVM-richtlijnen. 

Sinds gisterenavond mogen er van de overheid maximaal 30 personen in eenzelfde binnenruimte samenzijn. Voor zalen ‘met een groot cultureel belang’ kunnen de voorzitters van de veiligheidsregio’s een uitzondering maken. Dat doet de regio Amsterdam-Amstelland nu voor tien instellingen: Internationaal Theater Amsterdam, De Kleine Komedie, Theater Carré, Nationale Opera & Ballet, DeLaMar Theater, De Meervaart, Concertgebouw, Paradiso, De Melkweg en Muziekgebouw aan ’t Y.

Voor de selectie hanteerde de veiligheidsregio twee voorwaarden. De instellingen moesten van groot internationaal, nationaal of regionaal belang zijn en vandaag de dag een vitale rol spelen in de culturele infrastructuur. Daarnaast moesten ze een minimale capaciteit van 100 bezoekers hebben binnen de anderhalvemeterbeperkingen. ‘De lijst biedt inwoners van de regio met verschillende voorkeuren en achtergronden de mogelijkheid om toch – ook in tijden van crisis – gebruik te blijven maken van een relatief breed cultureel aanbod’, aldus de Veiligheidsregio in een persbericht.

Overige zalen in de regio zullen zich moeten houden aan de algemene kabinetsmaatregel dat zij alleen activiteiten mogen organiseren met een maximumaantal van dertig bezoekers, exclusief personeel.

Afhankelijk van het aantal nieuwe besmettingen kijkt de Veiligheidsregio na 19 oktober of er meer of minder instellingen voor versoepeling in aanmerking komen.