Het schijnt dat Anne Jan Toonstra een uitgestreken smoel heeft die hem vaak op opmerkingen komt te staan. Zijn gezicht staat constant in de droevige-smiley-mode. Zegt ie zelf. Hij baalt daar behoorlijk van.  Zozeer dat het bijna obsessief wordt. In zijn vorige programma Murw vertelde de Groninger cabaretier al over zijn chagrijnige uitstraling en in zijn nieuwe show Oi wijdt hij zelfs een heel liedje aan zijn bitchface.

Met obsessies moet je oppassen. Je gaat nadruk leggen op dingen die misschien niet zo relevant zijn.  Zo meent Toonstra een onderdeel van zijn programma te moeten besteden aan de hoofden van legopoppetjes. Die zijn in de loop der jaren bozer geworden. Een feit dat al heel lang bekend is (jaren geleden is er zelfs een officieel wetenschappelijk onderzoek naar gedaan) en waaraan iedereen schouderophalend voorbijging, maar voor Toonstra is het een bijkans wereldschokkend feit.

Net als het gedrag van jongens maar vooral meisjes rond het kampvuur. Je gelooft je oren niet als hij grappig probeert te doen over hetgeen zich daar afspeelt. Is dit werkelijk een cabaretprogramma van een 35-jarige in 2015? Durf je werkelijk zo’n verhaaltje vol open deuren te laten eindigen met de onvermijdelijke jongen die aan komt zetten met zijn gitaar? Toonstra durft het.

Het is de makke van dit programma. Het is bestoft. Wat te denken van een veel te lange sketch over de lichaamsomvang van Han Peekel (Han Peekel? Jazeker!) vol voor de hand liggende woordgrappen als ‘een zware dag gehad’, ‘uit bed rollen’ en ‘tegen het lijf lopen’. Het is oubollig en behoorlijk gênant. Doe dan liever maar weer de houtduif na, hoewel dat eigenlijk de specialiteit is van Sofie van den Enk, de ondertussen behoorlijk succesvolle presentatrice waarmee Toonstra in een grijs verleden een duo vormde.

Met de onderwerpkeuze en de lage grapdichtheid doet met name de muzikant Toonstra zichzelf behoorlijk tekort. Elke keer als hij achter de vleugel kruipt blijkt wat voor een soepele pianist hij eigenlijk is. Maar ook daar weer meent hij zijn kwaliteiten te moeten relativeren. ‘Romantische muziek is een trucje hoor, dames en heren!’

Alleen in zijn parodie op supersterren die hun naam verbinden aan goede doelen snijdt Toonstra hout. Dat is bitter weinig voor een heel programma.

Foto: Ramon Kool