Op een gure herfstavond opent Likeminds de gordijnen van een woonblok middenin de stad. Van op een tribune in de tuin mag het publiek gluren bij de buren én meeluisteren.

Het blok in Amsterdam-West doet eigenlijk dienst als schoolgebouw, maar Likeminds maakte van enkele klassen overtuigende woon- en werkkamers. Buiten in het aardedonker stuurt een prachtig lichtplan onze blik langs de ramen en door de verrassend mooie stadstuin. Door koptelefoons horen we wat acteurs binnen zeggen en klinkt een broeierige soundscape van Joost Maaskant. Wie op de overdekte tribune de koude trotseert, krijgt een zeldzaam sfeervolle theaterervaring terug.

De tekst van Nachtdieren is van de Spaanse auteur Juan Mayorga (vertaling Barbara Reijs). Het publiek verzamelt bij een café om de hoek, waar zich ook de eerste scène afspeelt. Op het terras schuift een man bij zijn buurman aan. Hij weet dat die illegaal in het land is en besluit hem daarmee te chanteren. In ruil voor vriendschap houdt hij zijn mond. Later zien we ze samen zijn verjaardag vieren.

Door hun woonkamerramen heen leren we beide mannen goed kennen. De afperser (Martijn de Rijk) blijkt een sullige en eenzame knutselaar van lampen en modeltreinen, zijn buurman een belezen intellectueel (Mustafa Duygulu). De eerste poogt met trefzekere stem en ietwat psychopathische glimlach zijn ideale wereld te dirigeren. De ander accepteert met hangende schouders zwijgzaam zijn lot als nieuwe vriend.

Vanzelfsprekend is de weerslag op hun vrouwen groot. De vrouw van de illegale man (Sarah Jonker) zien we dag en nacht doorwerken voor een beter bestaan en meer vrijheid. De andere (Khadija Massaoudi) figureert achter de tv stilletjes in de perfecte droomwereld van haar man. ‘Ik heb haar helemaal gevormd, ook seksueel’, zegt hij griezelig.

In zijn regie maakt Floris van Delft fantastisch gebruik van de ruimte in en rond het pand, waarbij hij vaak tegelijkertijd verschillende acties laat plaatsvinden. Een sterk beeld is hoe Jonkers twee scènes lang met haar koffers in de hand voor de deur blijft twijfelen over vertrek. Bij een bezoek aan de dierentuin doet de tribune dienst als nachtdierenhuis, waarbij onze levens meteen vergeken worden met dat van reptielen in aquaria met artificieel licht.

Ook het huis zelf kun je natuurlijk zien als minisamenleving. Dat het illegale gezin het kleinst woont, zegt iets over hun positie in de maatschappij, net zoals de eenzaamheid van de bewoners. Auteur Juan Mayorga is in zijn teksten echter vooral vrijelijk gaan associëren rond minder relevante thema’s als slaap en nacht, met een wel erg geforceerde link naar een Griekse mythe over de nachtdieren egel en vos. Als regisseur Van Delft – net als bij enkele eerdere zeer urgente voorstellingen van hem – de tekst zelf geschreven had, was dit mooie locatieproject misschien nog sterker geweest.

Foto: Jean van Lingen