Vocaallab heet nu Silbersee, maar gaat onvervaard verder met muziektheater maken van moderne gecomponeerde muziek. Bijvoorbeeld van David Lang, een van mannen van Bang on a can, die van Het meisje met de zwavelstokjes een universele passie maakte.

Christenen kunnen kiezen uit stapels requiems en passionen die gebaseerd zijn op hun wereld- en hemelbeeld, maar welke muziek begeleidt het lijden en sterven van de niet-gelovige? Welke klanken verzoenen de heidenen met de onverklaarbaar zinloze wreedheid van de wereld? Religie heeft niet het alleenrecht op lijden. Helaas.

Je kunt Bach natuurlijk abstraheren van de christelijke inhoud, maar waarom zou je geen speciale muziek componeren die losstaat van bijbelse beelden? David Lang deed het. Hij ging uit van een ander archetypisch verhaal uit onze cultuur, over het arme meisje met de zwavelstokjes, hongerig, op haar blote voetjes in de sneeuw, vlak voor kerstmis, met een stad vol feest om haar heen en niemand die zich iets van haar aantrekt of haar iets aantrekt. Als ze het te koud krijgt, steekt ze een voor een haar lucifers af, die bedoeld zijn voor de verkoop. Het meisje is al zo ver heen dat ze bij het opflakkerende licht visioenen krijgt van een beter leven: van een warme haard, een gedekte tafel, een kerstboom, cadeautjes en haar overleden oma. Maar de strijd tussen zwavelstokje en winterkou is ongelijk, en het meisje sterft, met de mooie beelden in haar hoofd.

Bij David Lang, een van de oprichters van het fameuze Amerikaanse initiatief voor moderne gecomponeerde muziek Bang on a can, vertellen vier zangers het verhaal van Hans Christian Andersen. Lang is dit seizoen composer in residence bij Red sofa, de modernemuziekserie van De Doelen. Hij kreeg voor zijn Match girl passion in 2008 de Pulitzerprijs voor muziek.

Voordat die klinkt, krijgt het lucifermeisje zelf een stem in In paradise, een nogal poppy liedje van Anthony Fiumara met kekke ritmes op een kitscherige tekst. Mooi gezongen door de veertienjarige Claudia Veltman, die soepel en natuurlijk op het toneel aanwezig is. Als overgang speelt Jörg Brinkmann Langs meditatieve cellostuk World to come.

Het begin van The little match girl passion is het bezwerende Come, daughter. De vertellende stukken bestaan uit korte frasen, die soms doen denken aan Gregoriaans, van mezzosopraan Michaela Riener met langere lijnen van andere zangers (Natasha Young, Kevin Skelton en Majiec Straburzynski) daaronder. De meer lyrische passages doen soms even denken aan madrigalen à la Marenzio of Gesualdo, om dan in modern idioom terecht te komen, in dissonanten en herhalingspatronen. (Buis)klokkenspel en andere boventoonrijke instrumenten helpen zo nu en dan. Lang schept een boeiende klankwereld, de zangers brengen die uitstekend tot leven en het sprookje mist zijn effect niet. Lang volgt de tekst, maar gaat in het laatste deel bijna letterlijk over op Bachs ‘Wir setzen uns mit Tränen nieder’. The little match girl passion is mooie, soms schrijnende, maar steeds interessante muziek, die doet waar zij voor bedoeld is: troosten en tot nadenken stemmen.

Daarbij bewegen de zangers en acteur Miguel Ángel Gaspar (tevens bewegingscoach) in de regie van Romain Bischoff en Bärbel Kühn met bibberende armen, gebaren die passen bij frasen als ‘penance and remorse’. Dat geeft wat levendigheid op het toneel en laat verder de muziek spreken.

Foto: Bowie Verschuuren