Je kent ze wel, die ‘bepaalde soorten mensen’. Mensen met een gebrek, zichtbaar of hoorbaar. Mensen die zich altijd in de hoek weten te manoeuvreren waar de klappen vanzelfsprekend vallen, mensen die geen andere vogel herkennen dan de pechvogel en bij wie een beetje geluk tot een paniekaanval leidt. Die niet mee kunnen, buiten de boot vallen, aan alle kortste eindjes trekken. Die niet eens een keuze kunnen maken uit alle opties die ze hebben voor zelfmoord. Die dus.

Ja, je kent ze. Kijk een weekje tv en je wordt doodziek van ze, die sneue types die hun onvermogens laten exploiteren in ruil voor hun ‘one minute of fame’. Empathie, medelijden, gêne, politieke correctheid… Je wordt geacht het telkens weer op te brengen als de stoet losers en gemankeerden voorbij trekt. Maar laat dat allemaal maar lekker thuis aan de kapstok hangen als je naar Löyly gaat, het tweede programma van Remko Vrijdag en Martine Sandifort. In Löyly stript het koningsduo van de typetjes de soort soms meedogenloos van zijn laatste restje waardigheid. Het is een anderhalf uur durend bombardement op de lachspieren. Die zijn niet meer in toom te houden, je gaat voor de bijl.

Hun eerste gezamenlijke theatershow Hulphond leek, met de kennis van nu, een vingeroefening voor deze opvolger. Die veel uitgebalanceerder is en nauwelijks zwakke momenten telt. Vaak herken je nu ook direct de maatschappelijke kwestie die het uitgangspunt voor een sketch is geweest. Daardoor krijgen ze gewicht. De typetjes mogen dan in Löyly (een Fins woord voor ‘opgieting’ in de sauna) evengoed moddervet worden aangezet, maar in tekst is het veel verrassender en gaat het vaak net even een andere kant op dan je denkt.

Een geweldig hilarisch voorbeeld daarvan is het sullige duo dat een klacht indient bij De Vakantieman. Omdat hun vakantie niet is mislukt. Een aantal scènes refereert heerlijk aan onze onderbuikgevoelens, of is fraai verpakt sarcasme. Bijvoorbeeld over de triviale en stompzinnige gesprekjes tussen media en politici of over Geert Wilders, die weer eens iets minder wil van iets, om het even van wat.

Er zullen dit en volgend theaterseizoen geheid veel theaterbezoekers zijn die niet meer bijkomen van het slot van de sketch over de homotherapeut of van ‘De Digitale Crisisdienst’, met een keuzemenu van zelfmoordopties. En zowaar, daar hebben we ook nog een oude bekende uit de tijd dat Sandifort nog een duo vormde met Alex Klaasen: de spastische therapeute. Ook daar is weer iets extra’s mee gedaan, om niet gemakzuchtig een oud succes te herhalen.

O ja, laten we vooral de twee muzikale hoogtepunten niet vergeten: het grungenummer ‘Ik haat bonnetjes’, over de maatschappelijk druk dat iedereen maar zakelijk moet zijn en ondernemend. En de herrijzenis van Ramses Shaffy die met ‘Liesbeth List’ het nummer ‘Pastorale’ persifleert en dat tot dezelfde kitsch verpulvert als het schilderijtje van het zigeunerjongetje aan de muur van ‘bepaalde soorten mensen’.

Foto: Bob Bronshoff